2011 – ARCHIEF (dec > jan)
ROOM LIVE
Room (B), 8 december
Zaterdag stond muzikale duizendpoot Dimitri Brusselmans met zijn nieuwe project ‘Room’ op de planken in muziekcentrum Kinky Star. Een intrigerende performance van een musicerende zenuwpees die constant twijfelde tussen ingetogen en uitgelaten.
Antwerpenaar Dimitri Brusselmans bouwde zijn naam en reputatie op met de bands Boenox en Wineguns maar ook met de elektro van Monkey Pussy. Daarnaast was/is hij aan de slag als free-lancer bij het Nationaal Orkest van België, I Fiamminghi en het Antwerps KamerOrkest. Best indrukwekkende referenties.
In de bio lazen we dat met ‘Room’ wordt geprobeerd om de sound van(uit) de woonkamer naar een podium te brengen. En om zover te raken bedient Brusselmans zich van hobo, elektrische gitaar, een familieverpakking samples, synths, vocoder, woodblocks enzovoort enzoverder. Je bent multi-instrumentalist of je bent het niet.
Van alles wat dus, maar Brusselmans liep zaterdagavond allerminst verloren in zijn eigen universum. Al vergde al dat speelgoed op het podium wel opperste concentratie. En dat lukte. Brusselmans liet zich nauwelijks of niet op foutjes betrappen.
Na een zachtjes voortkabbelende intro op hobo volgde een redelijk strakke set waarin fijngeweven klanktapijten en gitaar de eerste -euh- viool speelden. Met voldoende ruimte voor onverwachte wendingen en andere gekke geluiden. Deed soms wat denken aan de gestoorde elektrorock van Whitey.
Een volkomen geflipt Nederlandstalig nummer over konijntjes sloot het concert na een dik half uur af. Dachten we. Brusselmans sprong amper enkele seconden na het beëindigen van zijn set weer het podium op voor een toegift. Geen nieuw nummer, wel een replay van het aanstekelijke ‘Paris Nord’ dat een kwartier eerder al de revue was gepasseerd. Waarom is een raadsel, want ‘s mans repertoire is groot genoeg om een even onderhoudend als avondvullend programma te brengen.
Het opzet was niet helemaal duidelijk maar ons hoofd hebben we er niet over gebroken, het was (zeer) goed geweest.
Meer informatie:
HET KAN NIET ALLE DAGEN FEEST ZIJN
Vitas Guerulaitis (F), 18 oktober
Dinsdagavond stond Vitas Guerulaitis op het podium van muziekcentrum Kinky Star. De Brusselse band wel te verstaan. Niet de hoogblonde tennisgod van weleer.
Wie zijn kinderjaren sleet in de seventies kan zich nog vaagweg iets voorstellen bij de naam Guerulaitis. De New Yorker stond voor flitsend tennis en was ‘n tijdje absolute wereldtop. Naast de court vooral bekend als een vermakelijk fuifbeest. Hij kwam in 1994 nogal knullig door CO vergiftiging aan zijn eind. Maar we dwalen af.
Terug naar de Vlasmarkt. Op de planken geen New Yorkers maar wel drie Franse Brusselaars; Ismael Colombani op gitaar, Célia Jankowski op keyboards en David Costenaro op drums. Het trio debuteerde eerder dit jaar met een titelloze full cd. Uitgebracht op het ons volslagen onbekende ‘Cheap Satanism Records’. Niet meteen een licht verteerbaar schijfje doordrongen van catchy melodietjes uit la douce France. “Dadaist, psychedelic, kraut punk rock which turns your skull upside down” zo lazen we in de bio.
De onvoorwaardelijke voorliefde voor ‘het experiment’ werd meteen duidelijk toen het trio grommend en blaffend het podium in bezit nam. Aan de muzikale gekte die volgde op deze intro was echter kop noch staart te krijgen. Het ene nummer al meer door de mangel gehaald dan het andere. Het concept was waarschijnlijk dat er helemaal geen was.
Keiharde drumpartijen en vocale acrobatie vormden samen de rode draad doorheen de gehele playlist. Vraag ons niet waar het over ging. Tekstueel sprong het meestal niet verder dan: ‘oeh-ah-ah-oh’. ’t Kan ook ‘oh-oeh-oeh-ah’ geweest zijn. Redelijk vermoeiend aan het eind van een boeiende maar veel te lange werkdag.
Geen probleem met alle conventies overboord, integendeel. Maar als je volcontinu buiten de lijntjes wil kleuren, dan gaat het liefst ook nog ergens over. Om echt te boeien bijvoorbeeld. Deze frenetieke razernij werkte gewoonweg op de zenuwen. Te oordelen aan het snelgroeiende contingent rokers op de stoep tijdens het concert, was uw-reporter-ter-plaatse lang niet de enige die er zo over dacht.
Eens thuisgekomen bij wijze van antidotum nog even ‘The Hungry Saw’ van Tindersticks in de cd-speler geduwd. Een warmbloedige herfstplaat die bol staat van melodie en verrassende arrangementen. Boordevol subtiele songs die harder blijven plakken dan de inhoud van een king size tube Pattex. Dat deed deugd! Maar we dwalen af.
TIJDLOZE KLASSE
Chris Brokaw (US), 14 oktober
Kort na het laatste fluitsignaal in Düsseldorf en de bijbehorende uitschakeling van de Duivels voor het komende EK, spoedden we ons dinsdagavond naar de Vlasmarkt. Om er de hoogst voorspelbare ontgoocheling weg te spoelen. En om Chris Brokaw aan het werk te zien in Muziekcentrum Kinky Star.
Liefhebbers van het betere gitaarwerk in de nineties kennen de man nog van Codeine en Come. Twee grensverleggende bands die we ooit zelf nog aan het werk zagen. Veel te lang geleden intussen.
Brokaw is het prototype van de rusteloze, hyperactieve muzikant. Na het opdoeken van Come legde zich hij zich toe op de productie van instrumentale muziek, van post-rock over soundtracks tot muziek voor dansvoorstellingen. Hij depanneerde/assisteerde ook collega’s als Steve Wynn, Evan Dando (Lemonheads), Thurston Moore (Sonic Youth) en maakte voor een tijdje deel uit van bands als Karate, Pullman, The New year en vele andere.
Enkele jaren geleden nam hij met Dirtmusic, zijn meest recente band, een album op met de Malinese Touareg band Tamikrest. Tussen al die verschillende bedrijven door stampte hij een drietal jaar geleden ook een platenlabel (‘Capitan records’) uit de grond. Niet voor één gat te vangen dus. Conclusie: we wisten niet goed wat precies te verwachten dinsdagavond.
Wat Brokaw bracht, was uiteindelijk de eenvoud zelve: een akoestische set en een één uur durende bloemlezing uit eigen werk. Eenvoudiger aangekleed kon het podium onmogelijk zijn. Eén enkele microfoon, één amp en een stoel. Meer was het niet en moest het ook niet zijn. De veelzijdige singer-songwriter uit Boston vulde moeiteloos het podium met zijn warme stem die hij met akoestische gitaar begeleidde. Zelden het Kinky Starpubliek zo collectief stil weten zijn als dinsdag. Je kon een speld horen vallen.
De grote productiviteit die hij aan de dag legt, maakt dat hij soms wat verloren loopt in zijn eigen catalogus. “What would you like to hear?” vroeg hij tot tweemaal toe toen hij zich opmaakte voor de bisnummers.
Gelukkig was er één moedige ziel in het publiek die niet met de mond vol tanden bleef staan. Zonder verpinken kreeg hij zijn verzoeknummer, ‘Collisions’ (Jesus is a gringo), een track van de Dirtmusic CD. Na het tweede bisnummer was het finaal uit met de pret. Een fijn concert van een verrassend veelzijdig artiest. Dit was meer dan ok. Klasse!
Meer informatie:
https://www.facebook.com/chris.brokaw.5
http://www.chrisbrokaw.com/
DIDZIULIS! *
Adomas & The Mittens, 8 oktober
Zaterdagavond zakte het Litouwse Adomas & The Mittens af naar Muziekcentrum Kinky Star. Het kwartet werd aangekondigd als een samenwerking tussen muzikanten en artiesten die samen “de grenzen aftasten tussen populaire en conceptuele kunst”. Jawel! Voor alle zekerheid toch maar een oude vriend met goede smaak en een gezonde dosis cynisme opgetrommeld. Om samen de clash tussen populair en conceptueel te doorstaan.
De roots van het Baltische collectief mogen zich dan ergens ter hoogte van Vilnius situeren, in de praktijk probeert de jonge band de wereld vanuit Brussel te veroveren met zijn zelfverklaard ‘elektronisch cabaret’. “Experimental but nevertheless understandable and adaptable for any kind of ear or mind”, zo lazen we, lichtelijk verontrust, in de bio.
Zowel het experimentele als het cabareteske bleken – op een tweetal hoge hoeden na – erg goed mee te vallen op het podium. In de praktijk beperkten Adomas Laurinaitis en zijn band zich tot braaf en ingetogen. De nummers en de opbouw van de set waren allesbehalve experimenteel. Integendeel, alles had zowaar een begin, een middenstuk en een einde. Zoiets heet klassiek.
De loungy klankkleur en het timbre van Adomas deden sterk terugdenken aan het oudere werk van Gavin Friday. Ook wel aan Dez Mona van Frateur en Rombouts. De Litouwse band speelde uitsluitend eigen werk. En dat mocht er zijn. Zorgvuldig opgebouwde composities, meestal down tempo maar sterk melodieus. Uitgevoerd met gevoel voor detail en stille passages. Het optreden kende niet één zwak moment. Opgemerkte nummers: ‘Circus’ en het stemmige ‘Confession’. Het geheel werd begeleid door visuals. Een passende omlijsting maar bescheiden genoeg om niet af te leiden.
Doorgaans beperken de Kinky-Starconcerten zich tot drie kwartier. Adomas & The Mittens gingen meteen voor het dubbele en wisten moeiteloos anderhalf uur te boeien. Klasse en meer dan de moeite waard. De ideale soundtrack bij een herfstige avond. Dit zien we erg graag nog eens terug, en liefst voor de start van de winter. Twee keer mag ook!
Meer informatie:
https://www.facebook.com/adomas.the.mittens
(*) Litouws voor formidabel.
MINDER IS MEER
Scarlett O’ Hanna (FRA), 4 oktober
Dinsdagavond was Scarlett O’Hanna, een française met Brussel als thuisbasis, te gast in Muziekcentrum Kinky Star. Scarlett O’ Hanna, in het ‘echte leven’ bekend als Anna Muchinn, maakt deel uit van de band Cobson maar combineert dat sinds een tweetal jaar met solowerk.
Een project dat stilaan het andere werk overvleugelt. Het scheelde maar weinig of de artieste had – met dank aan een spectaculaire klapband op de E40 – dinsdag verstek moeten geven. Zover kwam het gelukkig niet, zangeres en gevolg kwamen heelhuids aan.
Scarlett O’ Hanna grossiert in korte, eerder minimalistische liedjes waarbij ze zichzelf begeleidt op gitaar, piano of harp. Korte en krachtige nummers zonder overdaad. Alles herleid tot de essentie. Het ontbreken van franje doet één en ander soms wat schetsmatig overkomen maar dat stoorde geen moment.
Het merendeel van de nummers dinsdagavond werd van de recent uitgegeven 7-track ep Cheap Bling Bling geplukt. Songs als Catherine en HK zijn van een eenzaam hoog niveau en wonnen live nog aan kracht. Ook op de setlist: het melancholische True love will find you in the end van de onvolprezen mafkees Daniel Johnston.
Naar het einde van het optreden toe probeerde Scarlett de babbelaars ter hoogte van de toog radicaal het zwijgen op te leggen door – gewapend met een akoestische gitaar – het laatste nummer in het midden van de zaak af te werken. De assertieve dame slaagde probleemloos in haar opzet. Of wat dacht u?
Daarmee was het normaal gezien afgelopen maar dat was zonder het collectief zeurende Kinky publiek gerekend. Dat wist na enig aandringen een toegift af te dwingen. Een redelijk overbodige instrumental op piano later, werd er definitief een punt achter gezet. Het was goed geweest.
Later op het jaar komt The Imposter uit, de eerste Scarlett O’ Hanna full cd. Opgenomen met Rudy Coclet, bekend van zijn productiewerk voor Arno, Girls in Hawai, An Pierlé en vele anderen. We kijken alvast uit naar de release.
Een groot en veelzijdig talent met behoorlijk wat haar op de tanden. Kortom: een zeer fijne ontdekking.
Meer informatie:
http://scarlettohanna.com/
MAKE MAKE @ KINKY STAR
Make Make (B), 2 oktober
De hemel boven de Vlasmarkt kleurde zondagavond inktzwart. De invallende nacht en het Brusselse Make Make op het podium van Muziekcentrum Kinky Star tekenden daarvoor. De donkere jaren 80 waren weer even helemaal terug.
Make Make, een nieuwe band met (ex-)leden van Pony, Sharko en The Ideal Husband bracht begin vorige maand The Shift uit. Een sobere 5-track ep die o.m. door StuBru goed onthaald werd. Met het titelnummer, verreweg het sterkste nummer op de ep, werd zondag ook geopend. De sombere teneur was meteen gezet.
De podiumact heette behoorlijk statisch al speelde de zwoele warmte aan het eind van het tropische (!) herfstweekend ook zijn rol. Normaal gezien is het bescheiden Kinky Starpodium krap bemeten voor iedere band die meer dan 3 koppen telt. Geen probleem echter zondagavond. De vijf jongens van Make Make bleven een uur netjes ter plaatse om hun muziek alle bewegingsruimte te geven.
In die muziek hoorde we flarden Joy Division, Chameleons en bij momenten zelfs Pere Ubu. Dat zijn vergelijkingen die kunnen tellen maar – eerlijk is eerlijk – niet alles diende zich zondagavond even onderhoudend aan.
Een concert openen met je beste nummers is best gedurfd maar houdt ook risico’s in. Zoiets als aandacht kan immers verslappen. En dat was het geval zondagavond, ondanks de veelvuldige echo’s van onze favoriete new wave bands. Dit horen we later – met iets meer eigen geluid – graag nog eens terug. Het potentieel is er alleszins.
GROEP NOCH GEROEP
boyShouting, 24 september
Zaterdagavond stond niet de eerder aangekondigde Billie Joe maar wel boyShouting, het soloproject van Limburger Marc Wetzels (ex-COEM), in muziekcentrum Kinky Star op het podium. Voor de tweede maal al. Geen kwaad woord over de eerste artiest maar het bleek een prima last minute wissel.
Wetzels werkte zich met zijn soloproject twee jaar geleden op een originele manier in het nieuws. Om de opnames van zijn cd te kunnen financieren, verkocht Wetzels via ebay 100 dagen van zijn tijd aan al wie daar – per dag – een € 100 veil voor had. Voor dat bedrag ontving iedere ‘klant’ een cd’tje met een speciaal voor hem/haar gecomponeerd nummer. De beste 12 nummers belandden finaal op de cd Boyshouting & the shareholders of his thoughts (2010, Share Hold Your Records). Een even simpele als geniale formule waarop hij binnen 20 jaar ongetwijfeld nóg aangesproken zal worden.
“Laat er ons een huiskamerconcert van maken” zei een manmoedige Wetzels bij aanvang aan de enkele toehoorders in Kinky Star. Tegen het einde van het concert zat de zaak wel goed vol maar spelen voor een publiek dat mondjesmaat komt binnendruppelen heet bezwaarlijk ideaal. Onze sympathieke man liet het – gelukkig maar – niet aan zijn hart komen en begon vol overgave aan zijn set. Het duurde wel even vooraleer hij ons kon meenemen naar zijn muzikale wereld; de weg ernaartoe is betrekkelijk kronkelig. Eens daar aangekomen, bleek het er best aangenaam.
Wetzels brengt verfijnde popmuziek, met oog voor (heel wat) detail in elkaar geknutseld. Voornaamste hulpstukken: gitaar, veel effectpedalen en de onvermijdelijke repeater. Je bent een onemanband of je bent het niet. Marc Wetzel verstaat in alle geval de kunst om onweerstaanbare grooves neer te zetten en die te koppelen aan mantra-achtige boodschappen die zijn songs soms een bezwerend accent meegeven.
Musttravelelectric halfweg het concert illustreerde die aanpak nog het best. Een eindeloos terugkerend en sloganesk I must travel werd gekoppeld aan verschillende lagen gitaar die elkaar er om beurten stevig van langs gaven. Niettemin klonk ieder nummer anders.
Variatie in overvloed. Wetzel heeft waarschijnlijk meer inspiratie en ideeën dan tijd om al die invallen te verwerken. Eén nummer – Daily drinker – herkenden we zelfs vaagweg van de radio (stubru). Waarom dat vermelden? Euh, dat gebeurt nogal zelden – daarmee.
Een onderhoudend optreden zonder uitschieters dat tegelijk geen enkel zwak moment kende. Goed opgebouwd, zonder overdreven ernst of flauwekul tussenin, waarbij ieder nummer je doet uitkijken naar wat het volgende te bieden heeft. Een bisnummer stond niet op het programma. Dat was ook niet nodig, het concert was ‘af’.
ERG PRETTIG GESTOORD!
SJ Esau (UK), 20 september
Drie concerten van onemanbands in even zoveel weken, moet kunnen. Zeker in Gent. Na het knotsgekke MFCBR (Kinky Star) gevolgd door het meer ingetogen September Leaves (Zebrastraat) stond dinsdagavond de Brit SJ Esau moederziel alleen op de planken in muziekcentrum Kinky Star. SJ Esau a.k.a. Sam Wisternoff kwam, zag en pakte het publiek moeiteloos in met zijn prettig gestoorde muziekjes.
SJ Esau maakt al jaren deel uit van de bruisende Bristolscène die de muziekwereld o.m. Massive Attack, Roni Size, Tricky en Portishead schonk. Hij heeft drie cd’s op zijn actief staan naast tal van samenwerkingsprojecten. Sam Wisternoff heeft ondanks zijn jonge leeftijd al een lange staat van dienst.
Op 8-jarige leeftijd (!) startte hij zijn muziekcarrière als rapper om twee jaar later met zijn oudere broer een eerste platencontract te tekenen bij het prestigieuze Three Stripes Records. Om op zijn twaalfste de ‘rapscene’ al de rug toe te keren. Sindsdien bricoleert hij aan zijn eigen muziek die zich ergens ophoudt tussen slowcore en springerige indiepop. Deze labels schieten tekort want de man doet eigenlijk vooral z’n eigen zin en kijkt niet op een invloed meer of minder.
In een voorbeschouwing liet iemand het woord ‘knutselpop’ vallen. Een rake omschrijving zo bleek. Tijdens het concert begeleidde SJ Esau vooral zichzelf terwijl hij zijn nummers stukje bij beetje vorm gaf.
Ook nu werd er gretig gebruik gemaakt van samples en live opgenomen loops die kunstig in elkaar werden gevlochten. De muzikant laat zich moeilijk onder één hoedje vangen.Soms poppy, soms folky, soms rechttoe-rechtaan, soms noisy. Altijd origineel. Een vrolijk rammelende chaos met nummers over elkaar-keihard-op-de-zenuwen-werken en gooien met huisraad.
SJ Esau was er zich van bewust dat drie kwartier kijken naar een muzikant niet altijd dezelfde spankracht heeft. Met gortdroge humor tussen de nummers door werd dat ruimschoots gecompenseerd. Lang geleden dat we zo’n grappige bindteksten gehoord hebben. Al ging hij wel zwaar uit de bocht met zijn: “nice to be in Holland” tussen twee nummers door. Een spijtige zaak dat de opkomst aan de lage kant was. Dit meer dan onderhoudende concert verdiende beter.
Wie niet genoeg krijgt van onemanbands wordt zeer binnenkort alweer op zijn/haar wenken bediend. Zaterdagavond (24/9) staat in Kinky Star de ons volslagen onbekende Billy Joe geprogrammeerd. Een muzikale eenmansonderneming uit Brussel. Voorzien van een hoed, een gitaar en een repertoire dat zich laat omschrijven als ‘trashy blues’.
Niet te verwarren met Billie Joe, de frontman van het immer jengelende Green Day, maar dat had u waarschijnlijk al door. Allen daarheen!
Meer informatie:
POLDERROCK
Gurt Goatbuck (BEL), 18 september
Zondagavond 18 september 2011 was Gurt Goatbuck, voor de volle 100 % opgetrokken uit polderklei, te gast in muziekcentrum Kinky Star. Liefhebbers van moddervet, rauw gitaarwerk in de betere ninetiestraditie kwamen ruimschoots aan hun trekken.
Gurt Goatbuck, thuisbasis Diksmuide, ontstond in 2009 uit de resten van The Abscenes. Een band die in 2006 nog de finale van de Kunstbende bereikte met stevige stonerrock. Waarschijnlijk net iets te stevig om die competitie ook te winnen.
Een personeelswissel en een extra bandlid later gingen ze voluit voor een eigen, snediger geluid. Die koerswijziging werd vorig jaar op een titelloze 4 track EP vastgelegd. Een redelijk morsig maar tegelijkertijd interessant visitekaartje.
De gemiddelde leeftijd mag dan bij Gurt Goatbuck behoorlijk laag zijn, veel stress of zenuwen vielen er niet te bespeuren zondag. De zanger-bassist, een weinig voorkomende combinatie, bewoog zich op het podium alsof hij nog nooit iets anders had gedaan. En misschien is dat ook wel zo. Je hebt het of je hebt het niet. Eén nieuw nummer op de setlist (Out of side). Voor het overige ouder werk. We take the blame, catchy trashrock indeed, bleef nog het langst hangen. Met Kicking Freedom Groove werd het optreden afgesloten.
Een concert dat al bij al weinig verrassingen inhield. Keurig gespeeld allemaal – weinig missers gehoord – maar je voelt dat deze jonge bende tot (veel) meer in staat is. Jong zijn betekent echter ook zoiets als ‘progressiemarge hebben’. Rond het jaareinde duikt de band de studio in voor nieuwe opnames. Misschien een ervaren schurk met een mening aanstellen als producer? ‘t Is maar een idee.
POP ‘N’ ROLL
Bikinians (B), 13 september
Dinsdagavond 13 september 2011 was Muziekcentrum Kinky Star the place to be voor ‘n avondje complexloze pop ‘n’ roll. Kon ook moeilijk anders met de Brusselse Bikinians op de affiche. Het derde Gentse optreden al voor de band rond de broertjes Lontie. Volgens hun eigen bio groot geworden op een muzikaal dieet van Kinks, Pixies en Beach Boys.
De band werd eind 2007 een feit en bouwde in de voorbije jaren aan een stevige live reputatie, vooral in Frankrijk en aan de andere kant van de taalgrens. Eerder dit jaar speelde de groep op het Dour Festival en Les Ardentes. Er zijn er die het met (veel) minder moeten stellen.
Na twee EP’s in eigen beheer ‘Roller Coaster’ (2008) en ‘Rhinocirhosis’ (2010), kwam dit voorjaar met ‘Follow the D.O.T.S.’ de eerste full cd uit. Uitgegeven door PIAS en geproduceerd door John Congleton. Bekend van zijn werk voor de post rock – outfit ‘Explosions In The Sky’.
Stress en ingehouden musiceren zijn niet echt aan Bikinians besteed. Vanaf het eerste nummer werd het gaspedaal ingedrukt. Dat hoge tempo werd probleemloos drie kwartier aangehouden. Het catchy ‘Hit the fan’, zowat het beste nummer van de cd, nestelde zich al vlug tussen de oren. Op de één of andere manier viel het dinsdagavond op dat de band zich consequent vastpint op het klassieke ‘verse chorus verse’ – patroon. Probeersels en andere experimentele zijsprongen waren duidelijk niet aan de orde.
Misschien had het wel wat te maken met de bassist van dienst. Die was dinsdag aan z’n allereerste optreden toe. Dat was er absoluut niet aan te horen, de nieuweling kweet zich perfect van zijn taak, maar wel aan te zien. De breedgeschouderde man was niet uit op oogcontact en stond zowat de gehele tijd met z’n rug naar het publiek te spelen. Opperste concentratie of zenuwen?
Aan het eind van de set bleek diezelfde neofiet het probleem te zijn voor het obligate bisnummer. Alle nummers die hij al in de vingers had, waren immers al de revue gepasseerd. Na kort beraad werd het nummer ‘Hysterical’ gewoonweg hernomen. Tot tevredenheid van het publiek waarin zich een aanzienlijk deel van de Brusselse fanbase had gemengd.
Geen onvergetelijk of grensverleggend concert. Wel een klein uur vrolijk stoom afblazen met degelijke poprock die zich netjes boven de middelmaat situeert.
JONG ONGEWELD
Leaf House (BEL), september
Na het jonge geweld van ‘De Beloften’ op de St.-Baafsweide, dook er zaterdagavond aan de Vlasmarkt met Leaf House nog meer jong muzikaal geweld op. Bijzonder gewelddadig ging het er niet aan toe in Muziekcentrum Kinky Star. Het Luikse elektrofolk – trio houdt van ingetogen en kalmpjes aan. Denk aan delicate downbeat ritmes, ijle klanken en behoedzaam getokkel op gitaar. Een stuurs kijkende zanger die hoog scoort in de categorie Chris Martin (Coldplay) en vloeistofdia’s maken het plaatje compleet.
Leaf House is ook de titel van een nummer uit de Animal Collective – catalogus. Toeval of niet, Leaf House doet minstens een beetje aan Animal Collective denken. Bij momenten ook aan het New Yorkse Yeasayer. De jonge band waarvan zanger-gitarist Romain Cupper de spil vormt, is nog maar ‘n goed jaar bezig. In januari werd het debuut album Wood signs we found op de markt gegooid. Twaalf nummers, een meer dan behoorlijk visitekaartje uitgebracht door Earphones Production.
Bedroevend weinig publiek bij de start van het eerste Vlaamse optreden van de Luikenaars. Ook al kwam daar tijdens het concert verandering in; het is blijkbaar nog steeds oneindig unhip je te vertonen voor half 11 op zaterdagavond.
Leaf House speelde een zorgvuldig opgebouwde set waarin plaats was voor zowat alle nummers van de debuut cd. Experimentele psychedellica zeer zeker, maar steeds recht op doel af en met beide voeten op de grond. Vrijblijvend zweven is voor zweefvliegtuigjes op zondagnamiddag. Van de playlist bleven vooral ‘Hey Ya’, ‘Dragon Race’ en de erg aanstelijke instrumental ‘LP5′ bij. Na ieder nummer werd het binnendruppelende publiek uitdrukkelijk bedankt voor het luisteren. Beleefde jongens.
Leaf House zal nooit gevraagd worden om wilde party’s en andere bachannalen muzikaal te begeleiden. De chill out zone kan echter ook een aangenaam streepje muziek verdragen en daar is Leaf House meer dan op zijn plaats. Dit was zonder enige twijfel één van de betere concerten die we in Kinky Star meemaakten dit jaar. De vele afwezigen? Die hadden naar goede gewoonte nogal ongelijk.
De debuut cd van Leaf House kan u integraal beluisteren via:
http://leaf-house.bandcamp.com/album/wood-signs-we-found
myspace: http://www.myspace.com/leafhouseleaf
TE GEK!
Made for chickens by robots (AUS), 30 augustus
Toegegeven, we hebben het voor muzikanten met een serieuze hoek af. Zeker als ze – tegen alle trends in – onverstoorbaar hun eigen ding doen. En blijven volharden in de boosheid. Made for Chickens by Robots huist al jarenlang in die categorie. De Australische onemanband speelde dinsdagavond in muziekcentrum Kinky Star. Voor de tweede maal al. De eerste passage drie jaar geleden hadden we gemist. Deze keer was er geen excuus.
Made for Chickens by Robots is het alter ego van een zekere Anto uit Melbourne. Een onweerstaanbaar sympathieke weirdo met een voorliefde voor blues, krankzinnige rammelrock en andere vreemde, euh, geluiden. Speelt live alle instrumenten zelf en liefst tegelijkertijd. Laat zich bijstaan door een vooraf opgenomen kippen- en koeienkoor. De vocals worden ‘gefilterd’ door een plastic megafoon, van Wibrakwaliteit uiteraard. Een aftandse reiskoffer doet dienst als basdrum. Naar verluidt al járen.
Anto besteeg het Kinky Star podium voorzien van een oversized zonnebril, zotskap met hanenkam en een wanhopig slecht gestemde gitaar. De nummers passeerden zelden de tweeminutenlimiet. Geen flauw idee waarover ze eigenlijk gingen maar dat kon de pret niet drukken.
Of hij er zelf wakker van ligt, valt te betwijfelen maar tijdens deze tour wordt Wump Dang Filla gepromoot. Een 8-track EP die klinkt alsof de opnames in ‘s mans badkamer plaatsvonden met behulp van een defecte cassetterecorder. Natuurlijk wilden we daar ‘n exemplaar van hebben.
Na een dik half uur trashcanblues zette de zwakzinnige bastaardzoon van Seasick Steve er een punt achter. Hij had toen al drie vergeefse pogingen ondernomen om van zowel podium als publiek – “go home, go away” – af te raken. De vierde keer lukte het. Onder luid applaus. Een cartoonesk optreden dat niet licht vergeten zal worden.
Herbeluister het concert (waarom ook niet?) 🙂
STEVIGE BINNENKOMER
Flipo Mancini (B), 28 augustus
Flipo Mancini opende zondagavond met verve het najaarprogramma van Muziekcentrum Kinky Star. Het luidruchtige Limburgse trio schudde de volledig vernieuwde club krachtig uit haar zomerslaap met een uur furieuze noiserock.
De band, aangevoerd door Bart Timmermans, is al een tiental jaar actief en staat voor snoeiharde noise die vaagweg doet denken aan Helmet en Fugazi. Het betere beukwerk met behoorlijk wat gevoel voor melodie. Strakke gitaren, diepe bas, gortdroge drums en rauw-sloganeske vocals.
Zondag was het niet anders. Er werd vooral geput uit ‘Hide Seek Lost Found’, het album dat eerder dit jaar in eigen beheer werd uitgebracht. Een soort comebackplaat, de voorlaatste (Get it some more) dateert immers al van 2006.
Comeback of niet, Flipo Mancini gaat nog steeds recht op het doel af. Enkel een weerspannige snaar kon even de vaart uit de set halen. En een knullige bindtekst waarvoor frontman Timmermans zich prompt verontschuldigde: “eigenlijk ben ik hier helemaal niet zo goed in, sorry”. Zoveel ontwapenende eerlijkheid werd op applaus onthaald.
We hoorden een prima versie van ‘Booty Call’ en ‘Blame it on the kids’. Met ‘Moving Target’, één van de sterkere nummers van de nieuwe cd, werd het bij momenten meeslepende concert afgesloten.
Een prima aftrap van het nieuwe concertseizoen op de Vlasmarkt.
HET ORGELPUNT
Falling Man (BEL), dinsdag 26 juli
Met de cultband Falling Man sloot Muziekcentrum Kinky Star de Gentse Feesten af in stijl. Dinsdagochtend was de belangstelling voor de muzikale bende – aangevoerd door choreograaf-acteur-danser-slangenmens Sam Louwyck – danig groot dat de club zowat uit haar voegen barstte.
Creatief omspringen met ademruimte, en je vooral niet ergeren aan de b-kant van de persoon nét voor jou, was de boodschap.
Het concert werd geopend met een streep pikdonkere poëzie gebracht door Jan Duchène. Zelfverklaard jazzpoëet en begiftigd orateur. Begeleid door Pol Vandevelde op gitaar en Sven De Potter op drums, trotseerde hij manmoedig het publiek gedurende een tiental minuten. Wie nog niet té ver heen was, kreeg een hallucinant discours om de oren geslagen waarin ‘de laatste dag’ centraal stond. Sam Louwyck volgde in het publiek en zag dat het goed was.
“Punk is niet dood, het is alleen minder zichtbaar” orakelde Duchène strijdbaar. En daarmee was de toon meteen gezet voor een dik uur onweerstaanbare rammelrock. Met méér dan een serieuze hoek af.
Eens Louwyck op het podium, ruimde de poëzie snel plaats voor het duistere gegrom, de hoekige gitaren en de afgemeten, gortdroge drums waarop Falling Man een patent heeft. Ondanks het vroege/late uur, het was al na drieën toen het concert startte, stond iedereen scherp. De energie spatte de zaal in. Uiteraard trekt ‘windman’ Louwyck alle aandacht naar zich toe met zijn bizarre podiumact. Het is wel zijn strak spelende band die hem overeind houdt. Soms letterlijk.
Op de één of andere manier deed de performance van dinsdag denken aan de vroegere ‘God Bullies’, een undergroundband uit de jaren 90 met een even sterk ontwikkeld gevoel voor waanzin. Absoluut hoogtepunt was het hyperkinetische ‘Psycho’ halfweg de set. Een langgerekte rochel die zelfs de duivel doet dansen.
Na een uur ploegen in eigen werk en twee toegiften zocht het afgematte publiek snel de buitenlucht op. Moe maar erg voldaan en tevreden strompelden we de Vlasmarkt op voor een deugddoende portie zuurstof en een panoramisch zicht op de laatste feestvierders. Met de demonische rock van Falling Man in het achterhoofd smaakten de allerlaatste pintjes van de uitgeregende feesten extra goed.
Wie de groep binnenkort (opnieuw) aan het werk wil zien, rept zich op vrijdag 5 augustus richting Oostende, zaal Terminus, waar Louwyck en co met Caspar Brötzmann aantreden op het Theater-aan-Zee-festival. Start: 23.30 u. – tickets € 8
BEENHARD!
Maudlin (BEL) & CLOON, zondag 24 juli
Tijdens de feesten valt er zodanig veel te zien, te ontdekken en te doen dat een partyende mens er zijn klassiekers van gaat verwaarlozen. Na 9 dagen feestgedruis belandde uw-man-ter-plaatse (eindelijk) in Kinky Star.
De muziekclub programmeert tijdens de fieste naar gewoonte een massa bands. Drie per dag, dertig in totaal, faut le faire. En dan vergeten we de deejay’s haast. Zondagavond kwamen de liefhebbers van het hardere werk ruimschoots aan hun trekken met Maudlin en Cloon.
Maudlin opende rond de klok van tien de feestelijkheden. De West-Vlaamse band is al een zevental jaar actief en bracht meteen veel volk op de been. Maudlin speelt in de categorie ‘sludge/doom metal’. Alles wat u zich daar (misschien) bij kan voorstellen klopt; trage, logge metalriffs gekoppeld aan synths en duistere vocals. Uit het immer gevreesde boekje der referenties diepen we deze keer de naam ‘Neurosis’ op.
Maudlin is een zestal en dat rijmde niet altijd met het mini-podium van Kinky Star. De zanger van dienst stond noodgedwongen meer vóór het podium dan erop. Een zanger die zijn duivels ontbindt op een kleine halve meter van je neus; het is en blijft een vreemde ervaring. Na een goeie drie kwartier bulldozeren hield de band het voor bekeken.
Het Gentse Cloon besteeg twee uur later het podium voor een thuismatch. De band -vorig jaar nog te beleven op het Boomtown Festival- werd in het programmaboekje voorgesteld als een bende ongeregeld die iets heeft met Tool, aangevoerd door een zanger met een hoog wacko – gehalte. Dat bleek nog steeds allemaal te kloppen.
C
loon staat al zeven jaar voor uitzinnige, beenharde rock met metalinvloeden. Denk aan Primus maar dan een stuk harder en met zo mogelijk nog meer tempowisselingen. Zondagnacht werd er vooral geput uit de eerste full cd die het kwartet onlangs op de wereld losliet (‘Mostly Harmless, Dying Giraffe Recordings).
Halfweg het optreden gooide frontman Thomas Claus (niet te verwarren met de eveneens schrijvende zoon van) zich in het publiek dat hem letterlijk op handen droeg. Crowdsurfen in de Kinky Star! Dat hadden we nog niet gehad.
De band rekende zondagnacht af met een stevige portie materiaalpech. Hierdoor werd het tempo uit de set werd gehaald en ging de finale wat de mist in. Deasalniettemin-niettegenstaande een memorabel concert van een band in bloedvorm. Jammer dat Cloon ruim zeven jaar een goed bewaard geheim is. En dat vooralsnog blijft.
Te ontdekken op: http://vi.be/cloon of via: http://cloon.bandcamp.com/
Niet voor amateurs van platgetreden paden. Kortom: een must!
DROMERIGE LIEDJES VOOR HET SLAPEN GAAN
Young Colour (BEL), 7 juli
Na twee dagen purperen gekte ter hoogte van het St.-Princeplein was het hoog tijd voor een avondje muzikale back to basics in de binnenstad. In muziekcentrum Kinky Star bijvoorbeeld, waar donderdagavond het Brussels-Leuvense duo Young Colour te horen en te zien was.
Achter Young Colour gaan Lawrence Foley en Joachim Bovin schuil. Amateurs van fijngeweven klanktapijten, ambient, elektronica, trip hop, dub en andere muziekgenres waarin gevoel voor kabbelende ritmes, sfeer en betekenisvolle stiltes van kapitaal belang zijn.
Young Colour – gemiddelde leeftijd 21 – is duidelijk nog work in progress. Desondanks klonken de jongelui bij momenten verrassend matuur tijdens hun korte set. Intelligent opgebouwde soundscapes waarin samples, ijle gitaren en dito vocalen downtempo tegen elkaar opbotsten. Pretentieloze klankarchitectuur met net voldoende variatie om de aandacht vast te houden. Leuk nummer: Anhedonia.
Na een dik half uur was het al uit met de pret. Conclusie: een korte maar prettige introductie tot de zweverige leefwereld van het duo dat dringend zijn chill-outdiensten bij de filmstudio’s moet gaan aanbieden. Zowat het gehele repertoire is immers dienstig als achtergrond bij de ene of de andere melancholische prent. En daarvan worden er genoeg gedraaid. Doen!
AND NOW FOR SOMETHING COMPLETELY DIFFERENT
Phlitman & Kang (BEL), 3 juli
Zondagavond 3 juli 2011 was het Limburgse Phlitman & Kang (MySpace) te beleven in muziekcentrum Kinky Star. Een fijne ontdekking. Uit de trommel der huizenhoge clichés halen we deze keer de uitdrukking: de afwezigen hadden ongelijk. Jawel!
“And now for something completely different…”, die legendarische quote van John Cleese (Monty Python) kwam tijdens de show meer dan eens voorbij flitsen. De band, aangevoerd door de Truiense anti-helden Jean-Marie Mievis en Kim Duchateau, experimenteert er namelijk onophoudelijk op los met diverse stijlen, invloeden en stemmingen. Soms in één en hetzelfde nummer. Niet onder één hoedje te vangen dus.
Die onnavolgbare formule leidt niet tot een vrolijke kakofonie of tot arty farty avant-garde op het podium. Integendeel, het geheel klinkt gestroomlijnd en soms uitgesproken mistroostig-somber. Het leven is niet noodzakelijk altijd een lolletje.
Voor het concert op zondag werd er vooral geput uit nieuw werk. We onthouden vooral het bevreemdende Mushroom & Spam en het hilarische Suck the alligator. Na een dik uur werd er afgesloten. Zonder de rookpauze in te lassen die een deel van het Kinky-publiek luidkeels opeiste halfweg de set.
De band bestaat al 25 jaar maar pas sinds april van dit jaar is de eerste volwaardige langspeler een feit. ‘Velvet Coma Hotel’ heet de eersteling: 14 nummers in een gelimiteerde editie van 250 stuks op blauw vinyl. Moeilijk gaat blijkbaar ook. Uitgegeven door Bananfishin’ records.
Op donderdag 29 september 2011 is de band weer in Gent bij de buren van de Charlatan. Meer dan de moeite van het ontdekken waard.
Meer informatie:
MOSQUITO LIVE @ KINKY STAR
Mosquito (BEL), 25 juni
Het Leuvense Mosquito, baseline: ‘commercially exploiting your sick minds since 2008′, stond zaterdag 25 juni 2011 op de planken in de Kinky Star. Een jonge rockband met zin voor experiment én een sterke livereputatie aldus de promo. Omdat wat opwinding op zijn plaats is aan het eind van een landerige weekenddag, ontbraken we niet op het appel.
Mosquito is Kevin Imbrechts op gitaar en Nico Kennes op drums & zang. Laatstgenoemde had voor de gelegenheid een Kyuss-shirt aangetrokken. Dat textiel bleek volkomen assorti met de stonerrock die het duo bracht. Zware gitaarriffs die in duel gaan met nerveuze ritmes, hard tegen onzacht. En behoorlijk wat feedback, of wat had u gedacht? Minder evident: het ontbreken van een basgitaar in de line up. Stoner zonder brommende bas, Mosquito bewees dat het kan.
Het repertoire-in-opbouw bestaat voor een groot deel uit instrumentals. De band was zaterdagavond dan ook zuinig met de vocals. Opgemerkt aan het einde van de set: een eigen versie van ‘Covered in punks blood’ van de Desert Sessions/Queens Of The Stone Age.
Met ‘Nomadia 3′, een gloednieuw nummer dat in de loop van deze zomer nog wordt opgenomen, zette het duo er na 40 minuten al een punt achter.
Het Leuvense antwoord op QOTSA heeft met ‘Gratitude of the Doleful’ net zijn vierde EP uit. Die kan besteld worden via mosquitotheband@live.be of op één van de volgende shows.
MUSIC FOR VIDEOGAMES
Le Prince Harry (BEL), 18 juni
Het stormachtige weer van zaterdag bleek de ideale opwarmer voor de digitale hardcore van het Luikse electropunk – trio Le Prince Harry (LPH). De hectische opeenvolging van windvlagen, felle zonneschijn en plensbuien kreeg een heftig verlengstuk op het podium van Kinky Star.
Le Prince Harry – zowat de onnozelste groepsnaam sinds de uitvinding van: ‘…And You Will Know Us By The Trail Of Dead’ – timmert aan de hobbelige weg sinds 2005. De band staat voor stevige up-tempo punk overgoten met hypernerveuze synths, sequencers en een familieverpakking bleeps. ‘The Exploited’ meets ‘Atari Teenage Riot’, zoiets.
De ideale formule voor het uitlokken van een ‘epileptische trance’ als je de bio van de band mag geloven. Zover kwam het zaterdag gelukkig niet, de avond was – in tegenstelling tot ons eigenste zelf – nog jong én we hadden nog een hele weg te gaan.
De georganiseerde chaos was ‘t horen en ‘t ziene weird. Never a dull moment. De meeste nummers solliciteerden naar een plaats in een nog-uit-te-vinden videogame genre ‘need for speed’ en overschreden met moeite de tweeminutengrens.
Dat inspireerde LPH-voorman ‘Synth LIO’ (we vinden het echt niet uit) tot de volgende geruststellende quote: “if you don’t like it, don’t worry, it will only take two minutes”. Dat de heren hun klassiekers kenden, bleek uit de keuze van de covers w.o. Can’t live in a living room van Red Zebra.
Le Prince Harry is de soundtrack bij het uit de hand lopende verjaardagsfeestje van uw balorige kinderen en hun pokdalige vriendjes. Niets essentieels, wel heel amusant en met – euh – ‘bezieling’ gebracht.
Check them out: www.leprinceharry.be of http://www.myspace.com/leprinceharry
DOE DE PLETWALS
Negative Pegasus (UK), 11 juni
Zondagavond had Kinky Star het Engelse ‘Negative Pegasus’ op bezoek. Het wereldwijde web was vooraf nogal karig met info over de band met thuisbasis in Brighton. Verder dan een handvol psychedelisch aandoende foto’s én de vermelding dat het trio het podium al gedeeld had met ‘Madensuyu’ en het legendarische ‘Wire’ raakten we niet. De downloads lieten echter iets interessants horen. Het kwakkelweer van zondagavond deed de rest. Even ter plaatse uitzoeken dus.
“I apologize in advance for playing really loud” stamelde de Pegasus frontman bij aanvang. Geen loze belofte zo bleek al snel; de band houdt van stevig, luid en de treble knop op 10. De minimale bezetting die eropna gehouden wordt – twee gitaren en drums – volstonden voor een stevige pot eigenzinnige noiserock.
Energiek op het hyperkinetische af, zonder te verzanden in hersenloos gebeuk. Zoiets heet onderhoudend, zelfs meeslepend. Als je in de mood bent tenminste. Denk aan de woede van Big Black, de krasselende gitaarpartijen van Scratch Acid/Jesus Lizard en dat alles overgoten met niet-aflatende, stampende ritmes en je komt (dicht) in de buurt. Easy listening is het niet, vrijblijvend al evenmin.
Na drie kwartier was het laatste restje zuurstof uit de Kinky Star verdwenen en werd er een punt achter gezet. Meteen ook het laatste optreden van de eerste Europese tour. De Britten zijn amper een jaar actief in deze bezetting. Het concert van zondag was pas de dertiende liveperformance maar dat was er niet aan te zien. De debuut-cd komt later dit jaar uit. Een schoonheidsprijs wordt er zeer waarschijnlijk niet mee gewonnen maar dat zal de jongelui van Negative Pegasus worst wezen. En zo hoort het ook.
Setlist 11/06:
Psychic Energy
The Black Thigh
How It Happens
Ottoman Silver
Floating Omen
Smoke The Milk (Knyfe Hyts Cover)
For Life
Visitation.
Herbeluister het concert:
ALLES ONDER CONTROLE!
In-Kata (BEL), 7 juni
Dinsdagavond was ‘In-kata’ te gast in muziekcentrum Kinky Star. De naam deed niet meteen een belletje rinkelen maar referenties als Jesus Lizard, Cop Shoot Cop en Tool waren ruim voldoende om ons te verleiden voor een zoveelste avondje Vlasmarkt. In-kata is het vervolg op ‘Quetzal’. Een Antwerpse undergroundband die een tiental jaar geleden even het mooie weer maakte. Of daar toch een verdienstelijke poging toe waagde.
Fan zijn van In-kata is vooral een kwestie van geduld oefenen. Het debuut van de band (‘Farewell Masquerade’) dateert immers al van 2006. En de eerste opnames voor de nieuwe full cd zijn ondertussen aan hun derde verjaardag toe. De release van de tweede cd werd al ’n paar keer aangekondigd en is nu gepland voor september. Als er niets tussenkomt natuurlijk.
Frontman Wannes Cré gaf op het Kinky Star – podium alvast niet indruk te gaan bezwijken onder de druk van de zelf opgelegde deadline. No stress! Die zelfbewuste ‘wie doet ons hier wat?’ – houding zie je trouwens wel vaker bij Antwerpse bands. Met In-kata is dat niet anders.
De vijf bandleden bleken goed op elkaar ingespeeld wat resulteerde in een bijzonder strakke, hechte set. In-kata staat voor even energiek als inventief gitaargeweld met gevoel voor onverwachte wendingen en complexe arrangementen waarbij de luisteraar vaak op het verkeerde been wordt gezet.Het gaat stevig vooruit maar de kortste of de gemakkelijkste weg is duidelijk niet aan In-kata besteed.
Kortom: een eigen – compromisloos – geluid, ver weg van het cliché. Vervelen doet het geen halve moment.De moeite van het onthouden waard: het catchy ’A fur called Louise’ (de nieuwe single) en ‘Waves’, het enige nummer op de setlist waarin keyboards nadrukkelijk aanwezig waren en waarmee het concert na een klein uur werd afgesloten. Beide tracks kan je ook op de Myspace pagina van de band beluisteren.
Meer informatie: http://in-kata.bandcamp.com/ – http://nl.wikipedia.org/wiki/In-kata
FRONTAAL OP DE GELUIDSMUUR (EN ERDOOR)
Petula Clarck (BEL), 15 mei
Er zijn nog zekerheden in het leven: de gratis concerten in Muziekcentrum ‘Kinky Star’ bijvoorbeeld. Zo ook afgelopen zondag. Op de affiche: Petula Clarck. Niet de Engelse chanteuse/actrice, wel het gelijknamige noise rock-duo uit Mons. Amper 25 belangstellenden maar dat kon de pret niet drukken.
Less is more klinkt het (luidruchtige) devies van Petula Clark. Drums, één enkele gitaar en frenetieke zang. Meer moet dat niet zijn. Ondanks de minimale bezetting werd moeiteloos een imposante geluidsmuur opgetrokken. Pretentieloos hakte de tweekoppige band zich drie kwartier een weg door het eigen repertoire.
Klassieke songstructuren zijn ver zoek. In de gecontroleerde noise-uitbarstingen spelen snelle gitaarriffs en vocale acrobatie de hoofdrollen. De nummers over jaren ’80 videogames, geschifte vrienden en activiteiten als ‘dansen-op-je-hoofd’ gaan zelden de 2 minutengrens over. Onorthodox maar het werkt wel aanstekelijk. ADHD rock voor wie eens goed loos wil gaan. Of de buren wil pesten.
Na drie kwartier verbroederde de band met zowat alle concertgangers óp het podium. Uw dienaar incluis. Na zoveel sociale cohesie doken we – tevreden maar met tuitende oren – de laatste nacht van het weekend in. Downtown.
Nadat het artikel over de Petula Clarck show verscheen op http://www.gentblogt.be ontstond er meteen een stevige (online) discussie over het volume dat de optredens in de club soms kenmerkt(e). Het resultaat was het terugschroeven van het volume én het voorzien van gratis oordoppen.
FLAUWE BOEL
Grand Duke, woensdag 26 april
100% instrumentele postrock uit de UK. Gebracht door een trio waarvan vooral de potige bassist in de kijker liep. Kon maar erg matig boeien, 8 lange nummers lang. De aangekondigde ‘dansbare grooves’ bleven uit. Bisnummers ook. Kleurloos, om snel te vergeten.
Het concert online: