2013 – ARCHIEF
KNETTERGEK
Petula Clarck (B), zondag 22 december
Een drietal jaar geleden deed het geschifte Waalse duo ‘Petula Clarck’ Muziekcentrum Kinky Star een eerste maal aan. “ADHD rock voor wie eens goed loos wil gaan, of de buren wil pesten” noteerden we toen. Naast een betrekkelijk uitzinnige zanger/gitarist die het concert beëindigde bovenop op de toog.
Toeval of niet, sinds die ‘memorabele’ dag en het bijbehorende verslag op deze blog waarin gewag werd gemaakt van “tuitende oren” na de show, zijn er steeds (gratis) oordoppen beschikbaar in Kinky Star. U merkt het, soms dient journalistiek echt wel tot iets.
Het laatste geregistreerde wapenfeit van Petula Clarck, zeven stormachtige jaren actief in de marge ondertussen, is een split album dat met de gelijkgestemde collega’s van ‘La Pince’ werd opgenomen. De plaat werd net voor de zomer uitgegeven door Rockerill Records.
Het concert dan. Niets nieuws onder de twijfelachtige zon. Zoveel tijd na de eerste passage spelen de noisefreaks uit Mons nog altijd tegen lichtsnelheid en liever op volume 10 dan 9. Eén gitaar gekoppeld aan een drumstel volstaan nog steeds om een wall of sound te creëren waar zelfs een afgetrainde para met moeite over heen raakt.
Net als op plaat wordt op het podium zelden meer dan twee minuten vuil gemaakt aan één nummer. Het moet vooruitgaan, begeleid door de onnavolgbare frontman Mat. Zijn podium act doet vermoeden dat er minstens zoiets als een kolonie bijtgrage bosmieren in zijn onderbroek huist. Een gekkenhuis op speed is het, muzikale dada voor hyperkineten.
Sympathieke jongens, dat wel. Net voor de bisnummers werd iedereen uitgenodigd op het podium. Vier waaghalzen gingen in op het aanbod, niet voor een kampvuurmoment, wel om de laatste noise uitbarstingen van dichtbij mee te maken. Op weg naar huis kon uw man het opkomende verkeer moeiteloos horen naderen. De oordoppen hadden hun werk voortreffelijk gedaan.
Meer informatie:
http://petulaclarck.bandcamp.com/
SHE BANGS THE DRUMS
Inwolves (B), woensdag 18 december
Drumster/percussioniste Karen Willems stelde woensdagavond haar soloproject ‘Inwolves’ voor in Muziekcentrum Kinky Star. Op papier een try-out maar het optreden straalde weinig ‘generale repetitie’ uit. Met een meer dan volwaardig en boeiend concert toonde ‘Inwolves’ klaar te zijn voor het grote werk.
Willems (34), actief bij Zita Swoon, Yuko en vele anderen, startte vorig jaar haar muzikale solo-onderneming. Om voor de volle 100% haar eigen(zinnige) ding te kunnen doen. Een volslagen eenzame onderneming werd het niet. Willems liet en laat zich bijstaan door het tweespan Ward Dupon – Jurgen de Blonde (a.k.a. ‘Köhn’) op synthesizer. De formule drums – synths is eerder ongewoon maar ze werkt prima zo bleek woensdag.
Inwolves is nog pril – in Kinky Star werd pas het derde concert gespeeld – en staat voor muzikaal avontuur, duistere melodieën en onorthodoxe songstructuren. Krachtige klankarchitectuur is het, met een soms sterk melancholische ondertoon.
“Cinematic Music” is een omschrijving die vaak opduikt. Niet helemaal onterecht, ook al wegens de afwezigheid van vocals, maar in een vakje stoppen of vergelijken met andere namen is onbegonnen werk. Een eigen geluid; we zijn geneigd om dat een pluspunt te vinden.
Woensdag hulde het trio Kinky Star in een bijna volstrekte duisternis om hun donkere muzikale universum en de bijbehorende videoprojectie in wit/zwart alle kracht bij te zetten. De intrigerende soundscapes gunden onze aandacht geen half moment van verslapping. Het geheel werd subtiel en met gevoel voor variatie opgebouwd en de klanktapijten werden niet langer geweven dan strikt noodzakelijk. Less is more.
Variatie troef dus en niet één flauw/slap moment gespot. Mooi nummer: ‘Dirty Monks’. Na drie kwartier concerteren vanuit het duister bleek alle beschikbare materiaal gespeeld. Ondanks het stevige applaus kwam geen bisnummer meer aan te pas. “We hebben niets meer, het is op” zo klonk het laconiek.
De debuutplaat komt op 18 januari uit. Wie Inwolves binnenkort aan het werk wil zien moet zich diezelfde dag richting Diksmuide haasten waar Willems en co in 4AD de release van het album zullen celebreren. Met een beklijvend optreden, daar zijn we nu al van overtuigd.
Inwolves is:
Karen Willems (drums)
Jurgen de Blonde (synths)
Ward Dupan (synths)
Meer informatie:
inwolves.bandcamp.com
DE MINDER STILLE KEMPEN
Redding (B), zondag 15 december
Kinky Star sloot zondagavond het razend drukke muziekweekend af met ‘Redding’. Stevig gitaarwerk uit de Kempen. De band werd enige tijd geleden al eens geprogrammeerd door KS maar een griepje gooide toen in extremis roet in het eten. Afgelopen weekend was het bijna weer dan dattum. Deze keer mocht de stevige verkoudheid echter mee het podium op.
Snipverkouden of niet; Redding doet het sinds vorig jaar met een vijfkoppige bezetting. Vier jonge mansmensen in een traditionele rockbezetting (bas, gitaren & drums) gecombineerd met een zangeres voorzien van een rauwe stem.
In een vorig leven nog ‘Gipsy on the rocks’ geheten, maakt Redding naar eigen zeggen: “heartfelt blues rock that bridges the gap between the seventies and the present.” Zo staat het in keurig Engels op de website van de band.
Een eerste online beluistering van de naamloze EP van de jonge groep bracht eerder de vroege jaren ’90 in herinnering dan de seventies. Denk 1992 toen Hole, Babes in Toyland, Magnapop en consoorten de StuBru – ether mochten vullen en je komt dicht in de buurt. Live klonk het zondag net zo.
Zondagavondblues of ziektekiemen; het concert kwam eerder moeizaam op gang. Pas halfweg de set kwam er wat beweging in de zaak met ‘Cloaca’, een nagelnieuw nummer dat voor het eerst live werd gespeeld.
Klonk niet slecht. De redelijk statische podium act bleef echter wat ze was. Een swingend feestje werd het bijgevolg niet.
Het was ook duidelijk het avondje niet van frontvrouw Hanne die aan het eind van de set geen bisnummer meer uit haar strot gewrongen kreeg wegens total loss qua stem. “Een volgende keer” zo verzekerde één van de gitaristen na afloop. En zo dachten we er ook over; een volgende keer, volgende keer beter, na minstens een citroentheetje of drie.
Setlist:
Pretty
Noise Country
Mariella
Sleepwalking
Cloaca
Hangman
Arsenic Anna
Lone Rider
Hate Me Break Me
Meer info:
https://www.facebook.com/reddingband
GECONTROLEERD BOTSEN
Go March, zondag 8 december
Zondagavond kleurde geheel Antwerps in muziekcentrum Kinky Star met ‘Go March’ op de affiche. Een driekoppig gezelschap bestaande uit Philipp Weiess op gitaar, Hans – ‘Broken Glass Heroes’ – De Prins aan de toetsen en drummer Antoni Foscez die enkele weken geleden al op het KS podium stond met het postrock collectief ‘Statue’.
Wat de Antwerpse band brengt wordt vaak vergeleken met de nerveuze electrorock die het baanbrekende ‘Trans AM’ produceerde halfweg de jaren ‘90. Geheel onterecht is die vergelijking niet. Ook Go March pakt de zaken geheel instrumenteel aan en laat klassieke gitaarriffs gecontroleerd botsen met keys en bleeps terwijl de drums onverstoorbaar hun parcours afleggen.
Soundscapes om zalig bij weg te dromen levert dat niet op. Eerder een sombere soundtrack bij het neurotische stadsleven van alledag; jachtig, voorzien van repetitieve elementen maar ook van onvoorspelbare wendingen. Kortom; het gaat hard vooruit maar de bestemming en de weg zijn niet noodzakelijk altijd even duidelijk.
Go March heeft nog geen materiaal uitgebracht maar kon toch heel wat nieuwsgierigen uit hun kot lokken zondagavond. Zelfs frontman Philipp Weiess, de bescheidenheid zelf zo te zien, verbaasde zich luidop over de opkomst.
Het concert was er één met twee snelheden. Eerder kalmpjes bij de start om het tempo stelselmatig op te drijven in de tweede helft van de set. Uit de eerste concerthelft onthouden we vooral ‘Rise’, een schitterend opgebouwd nummer waarin de bandleden demonstreren waartoe hun alchemie in staat is. Voor het hoogtepunt tekende echter het hectische ‘The Ship Of Bambi’ verantwoordelijk. Een speedboatje op drift zo te horen.
Na drie kwartier en negen nummers werden de Antwerpenaars zowat verplicht tot een toegift door het enthousiaste publiek. Na wat gespeelde verbazing werd – met de terugrit naar ‘de stad aan de stroom’ in het vooruitzicht – het weerbarstige ‘Home Sweet Home’gespeeld. Aanvankelijk uit de playlist geweerd wegens (te) complex maar als je door al je materiaal heen zit heb je weinig andere keuze waarschijnlijk.
Go March kon v oor de volledige speeltijd boeien en verdient minstens het predicaat ‘interessant’. We kijken uit naar bevestiging en de debuutplaat die er in het voorjaar van 2014 aankomt.
Setlist 08/12:
Earthbound – Chase – Ride – Slow Horse – Lighthouse – White lodge – The Ship of Bambi – Like a Record Baby – Home Sweet Home (bis).
Meer informatie:
https://nl-nl.facebook.com/GoMarchGoMarch
ZACHTAARDIG JONG GEWELD
Yamantau (B), zaterdag 30 november.
Geen gebrek aan interesse zaterdagavond in muziekcentrum Kinky Star voor de passage van ‘Yamantau’, jong gitaargeweld uit het Waasland. Behoorlijk piep maar veelbelovend. En – nu al – met redelijk wat fanbase in het kielzog.
Yamantau, thuisbasis Lokeren, werd begin 2012 gevormd en produceert sindsdien postrock met een sterk psychedelische ondertoon. Gitaarwaaiers voorzien van ijle vocals, subtiel gepingel en heel wat reverb, -verb, -erb. Dat belet de band niet om snedig uit de hoek te komen.
Onophoudelijk downtempo zweven op het ritme van vloeistofdia’s is het helemaal niet, maar er wordt wel resoluut gemikt op de stratosfeer. Wat mag je anders verwachten van een band die zichzelf noemt naar een piek in het Oeralgebergte.
Het viertal is nog maar een kleine twee jaar bezig en heeft nauwelijks meer dan tien shows op het actief maar dat was er zaterdag niet echt aan te horen of te zien. Yamantau gaf een solide, goed op elkaar ingespeelde indruk. Dat helpt als je volop je eigen weg aan het zoeken bent. Vooral de drummer, een zekere Nathan, maakte indruk. Met wiskundige precisie loodste hij zijn collega’s door de set.
Afgelopen zomer doken de jongens voor een eerste maal de studio in. Voor de opnames van een EP die rond Nieuwjaar uitkomt in eigen beheer. Daarop doet de band soms denken aan ‘Explosions in the sky’, één van de grote voorbeelden zoals frontman Ewoud na afloop van het concert grif toegaf. Er zijn echter slechter wegwijzers denkbaar op weg naar een eigen smoel. Nickelback bijvoorbeeld.
Met ‘Snow Kills’ en ‘Watch The Lights’, verreweg de beste nummers die de groep tot dusver produceerde, werd zaterdag begonnen. Geen bindteksten tussen de bedrijven door. Samples lijmden vanuit het duister het geheel aan elkaar. Tijdens ‘India’ kwam een onwillige gitaar wat roet in het eten gooien maar voor het overige werd er een gave set gebracht met weinig schoonheidsfoutjes.
Met ‘V’ werd na een dikke drie kwartier spelen afgesloten. Het publiek vroeg meer maar dat kwam er niet. “Als we meer hadden dan zouden we het echt wel spelen” riep de drummer terwijl hij vastberaden van het podium stapte. Dat houden we dan tegoed voor een volgende keer.
Setlist 30/11;
Snow Kills – Watch The Lights – III – Evil Bonsay – Box – India – Mountainous Landscapes – V
Meer informatie:
yamantau.bandcamp.com
https://nl-nl.facebook.com/Yamantau.band
https://soundcloud.com/yamantau – beta.vi.be/yamantau
PRETTIGE DEJA-VU
Go!Zilla (IT), zondag 17 november.
Muziekcentrum Kinky Star kreeg zondagavond het Italiaanse ‘Go!Zilla’ nog eens over de vloer. Een dik half jaar geleden passeerde het duo een eerste maal op de Vlasmarkt. Het concert van toen ging net niet ten onder aan verregaande tour fatigue. Afgelopen weekend kwam de band een stuk beter uitgeslapen voor de dag.
In de voorbije maanden zaten de rockers uit Firenze niet stil. Na de Europese tour in het voorjaar werd het toerbusje ingeruild voor de studio. Met een eerste full album tot gevolg.
‘Grabbing a crocodile’ heet de eersteling. De plaat telt tien nummers die met succes pendelen tussen sixties garagerock, punk en psychedelica van de rauwe soort. Het album, vorige maand uitgegeven door Black Candy Records, klinkt alsof het in 1969 werd opgenomen.
De energieke Florentijnen joegen zondag het gehele album, bisnummer incluis, er vlotjes in drie kwartier door. Het uitbundig galmende ‘I’m Bleeding’ sprong, net als een half jaar geleden, stevig boven de rest uit. Met dank aan de fantastische riff waarrond het nummer draait.
Go!Zilla mag dan een jonge band zijn met slechts twee jaar op de teller, live valt daar absoluut niets van te merken. Energie, branie en gespeelde nonchalance met hopen.
Aan het einde van de set doorprikte het publiek even de Latijnse cool door een bis op te eisen. Daar had de tandem Landi – Ricciolo niet op gerekend. Even ruimde de zelfverzekerde pose plaats voor twijfelachtig gehakkel in de taal van Pasolini. Het daaropvolgende slotakkoord was zoals het optreden; kort, krachtig en zeer genietbaar.
Setlist:
You Got The Eye – See Me Hear Me – Crimson Skies – Magic Weird Jack – Get Me Out Of Here – Hate – I’m Bleeding – Dazed Dream – Roswell NM – I Want Her – Go!Zilla Surf – X (bis)
Meer informatie:
GOOD VIBRATIONS
Los Venturas (Bel), zondag 3 november
Surftime zondagavond in Muziekcentrum Kinky Star met Los Venturas. Geen Spaanse adepten van de Californische sound. Wel een viertal van eigen doorweekte bodem met een voorliefde voor sixties rock, psychedelica, ska en (vooral) het verzamelde werk van Dick Dale.
Gestart eind jaren ’90 als coverband onder de naam ‘Harley and the Revtones’, is de groep na een aantal metamorfoses al ruim tien jaar onder de huidige naam on the road. Tot in de US toe. Met eigen werk. Op de Vlasmarkt stelde Los Venturas het nieuwe album ‘Paisley Beach’ voor.
De plaat, de vierde langspeler ondertussen, is zeven nummers sterk en werd afgelopen zomer uitgegeven door ‘Green Cookie Records’. Geperst op goudkleurig vinyl en voorzien van sixties pin-up op de hoes. Het oog wil kennelijk ook wat.
Behoorlijk wat volk in de zaak om het Los Venturas – kwartet met een soms akelige precisie, niet één valse noot gehoord , aan het werk te zien. Geen wilde fuif op het podium. Integendeel; aanvankelijk balanceerde de band tussen erg geconcentreerd en ingehouden. Naarmate het optreden vorderde, en het nieuwe werk de bovenhand nam, brak de groep uit zijn statische carcan.
Het beste werd voor het laatste bewaard. Met ‘Venice Beach’ en ‘Beach Bunny’, beide vind je terug op de nieuwe plaat, werden vakmanschap met speelplezier gecombineerd. Twee zonnige tunes die de herfstsfeer de deur uitjoegen. De chrysanten op het podium bleven wel onaangeroerd.
Na een uur spelen werden de surfende heren voor een welverdiende bis het podium op gebruld. Originele afsluiter van dienst was een lang uitgesponnen versie van ‘Bubamara’, een Bregovic – nummer dat u misschien nog kent van de soundtrack die bij ‘White Cat/Black Cat’ hoort. Fantastische film trouwens. Een leuk optreden van een sterke band.
Setlist:
What About Uranus – Ventura’s Groove – Dizzy – Zot van A – Surfer’s Mood – 0:45 Uhr Reeperbahn, Sankt Pauli – Mr. Rebel (E. Bertrand) – Trans Mag – On a market In Beirut – Mathar (D. Pike) – Caravan (D. Ellington) – Tabou – Venice Beach – Beach Bunny – Delirium – Rai Uno – Bubamara (Bregovic).
KOLKEND!
Upcdownc (UK), zaterdag 19 oktober
Liefhebbers van postrock werden afgelopen weekend alweer goed bediend in Muziekcentrum Kinky Star. Op de affiche zaterdagavond: het Britse ‘Upcdownc’. Een viertal dat al een goede tien jaar actief is. Bijzonder actief zelfs.
Getuige daarvan de discografie; vijf full albums aangevuld met ruim dubbel zoveel EP’s, singles en andere digitale releases. En zich ondertussen de pleuris toeren. Als support voor ’65 days of static’ bijvoorbeeld. Op de Vlasmarkt sloot het viertal uit kent zaterdagavond haar Europese tour af met een puntgave set.
‘Black Sea’ heet het vijfde album van de band. De CD, en de LP (vinyl) voor de amateurs/collectors, wordt pas volgende week uitgegeven door Field records. Een beetje foute timing in promotioneel opzicht dus maar dat stond een messcherp concert niet in de weg.
Upcdownc kwam live een stuk snediger en harder uit de hoek dan verwacht. Geen ruimte echter voor onbestemde herrie of willekeurig neergezette gitaarmuren. Violen, cello’s, special effects en andere samples – vaste prik doorheen de catalogus – werden al helemaal achterwege gelaten. Enkel afgemeten gitaarwerk ondersteund door kloeke drumpartijen. Die aanpak bleek goed te werken.
Alsof de bandleden zich bewust waren van de ongelukkige timing, domineerde het nieuwe album de playlist niet helemaal. Voor de titeltrack ‘Black Sea’ (gratis te downloaden via Bandcamp.com) was er al helemaal geen plaats. Geen nood echter want met zo’n uitgebreid repertoire overheerst waarschijnlijk meer l’embarras du choix als wat anders als je maar een uur mag vullen.
Graaien uit de eigen back catalogus dan maar; ‘New Year’ uit het debuut, 8 jaar oud maar opvallend fris klinkend, het ultrakorte ‘Agent Cooper’ uit ‘Shadowless silence’ en het stevige ‘Dad Rock’.
De nieuwe nummers lieten dan weer een band horen die duidelijk op zoek is naar de grenzen van het genre waarin het zichzelf ongeveer een decennium geleden parkeerde. Meer ruimte voor vocals en minder klassieke postrock, ijl gitaargepingel inclusief. ‘Red Meat’ klinkt alsof het opgenomen werd tijdens de Desert Sessions met Josh Homme (QOTSA) in de line-up. U hoort ons niet klagen.
De show werd afgesloten met een lang uitgesponnen en daverende versie van Cascades. Een kolkende finale – naar het einde toe begeleid met drie drums en heel wat zweet – die nog lang bleef nasuizen. Een toegift was volstrekt overbodig en kwam er ook niet. Klasse!
Setlist:
Twilight Sleep – Sons – New Year – Drive – Red Meat – Hunter Gottener – Agent Cooper – Dad Rock – Cascades.
Upcdownc is:
* Gary Dimes – Guitar,
* Chris Garth – Guitar/Vocals,
* Jim E Bridges – Bass,
* Blake Forster – Drums
Meer informatie:
http://www.upcdownc.bandcamp.com
EEN STANDBEELD VOOR DE GITAAR!
Statue (Bel), zondag 13 oktober
Geen weer om een hond door te jagen zondagavond dus ging uw man maar door de plensbuien richting Vlasmarkt voor een ontmoeting met de postrockers van ‘Statue’ in Muziekcentrum Kinky Star. Aanvankelijk werd het Antwerpse ‘Redding’ op de planken verwacht maar ziekte van één van de bandleden besliste er in laatste instantie anders over. Druk heen-en-weer getelefoneer bracht echter redding (!) en de jongelui van Statue op het podium. En dat bleek niet eens zo’n slechte keuze.
Statue startte een drietal jaar geleden als een schoolbandje maar heeft intussen met verve de eerste groeipijnen overwonnen. Eerder op het jaar werd het naamloze debuut van de Limburgers uitgebracht op Rough Trade. Zes instrumentale nummers die donker-slepende postrock en stevige stoner rock met elkaar koppelen. Een gedurfde aanpak en een release die minstens het cachet ‘origineel’ verdient. De band beperkt zich niet tot het papegaaien van de grote voorbeelden genre ‘Explosions in the sky’ of ‘Mogwai’.
Geen klassieke rockbezetting bij Statue dat niet minder dan zeven muzikanten in de rangen telt; vijf gitaristen (5!), een bassist en een behoorlijk geniale drummer met een gekke muts – Antoni Foscez – die de rest netjes in het gareel doet lopen. Foscez’ talent gaat trouwens niet onopgemerkt door het leven want hij zit ook bij Meuris achter de vellen.
Anders dan die zeer brede bezetting laat vermoeden blaast de band je niet omver met ordinair gitaargeweld op orkaankracht, integendeel. Bij Statue hebben ze goed begrepen dat de Wall of Sound enkel interessant is als hij overeind blijft.
Met zijn zevenen op het kleine KS – podium, dat leek ons een onmogelijke opgave maar Statue bewees dat het kon. In voetbaltermen uitgedrukt; de band speelde zondag in een 1-3-3 opstelling en dat lukte net. Zij het niet zonder moeite en met het nodige gevoel voor coördinatie. Gelukkig kon iedereen een uur lang zijn/haar manieren houden zodat er na afloop geen gewonden te betreuren vielen.
Zoals verwacht werd zondagavond vooral geput uit het debuutalbum. Na de eerder rustige openers ‘Louis XIV’ en ‘Noa’ werd een versnelling hoger geschakeld met het eclectische ‘Texan Hay Bomb’ en het hard vonkende ‘7!D’.
Na ‘Body Massage Machine’, één van de betere nummers van het debuut, werd de band luidkeels het podium op gesommeerd voor een bis. Met het lichtvoetige ’Stumer Bunzen’ – een prettige mix van vrolijk tegen elkaar op botsende gitaren – werd afgesloten. Zowaar een vrolijke noot aan het einde van een wat mistroostige herfstdag. Zeer welgekomen.
Een drietal jaar geleden stond Statue een allereerste maal op het Kinky Star podium, de derde passage hoeft voor ons geen extra drie jaar op zich te laten wachten.
Herbeluister de show:
http://liveatkinkystar.bandcamp.com/album/statue-13-oktober-2013
Meer informatie:
https://www.facebook.com/Statuemusic
BETONMOLENROCK (2x)
‘Beton Fraktion’ (NL) & ‘Siamese Queens’ (B), woensdag 2 oktober.
Muziekcentrum Kinky Star serveerde twee maal stevige kost woensdagavond. Op de planken: het Nederlandse avant-garde gezelschap ‘Betonfraktion’ en het Brusselse vijftal ‘Siamese Queens’. Beide excellerend in de categorie ‘luid, keihard en tegendraads’. Uw man was erbij. Mét oorpluggen.
Met twee bands op de affiche werd het gebruikelijke aanvangsuur met een vol uur opgeschoven. Zo kreeg Betonfraktion de twijfelachtige eer om te openen voor een handvol toeschouwers. Dat weerhield de groep niet van om er direct voluit voor te gaan. Het Tilburgse trio stelde niets minder dan ‘guerrilla rock’ in het vooruitzicht en, tja, dat werd het ook. Schipperend tussen cabaret, luidruchtig experiment en betonpunk in de betere krakerstraditie. Teringherrie met een serieuze hoek af voor wie er op een onbewaakt moment mee overvallen wordt. De kans dat u Betonfraktion ooit op de radio zal horen heet bijgevolg eerder klein.
Wel entertainend van a tot z. Voorman Nick Swarth, in zwarte outfit, had zichzelf voor de gelegenheid stevig toegetakeld met een familieverpakking schmink en zag er behoorlijk gevaarlijk uit maar bleek uiteindelijk de vriendelijkheid zelve.
Minder gekte bij Siamese Queens dat na een snelle podiumwissel het gaspedaal meteen keihard intrapte. De beenharde noiserock op speed die de Queens voortbrachten deed wat denken aan wat Fugazi uitvrat een slordige 25 jaar geleden, zij het met heel wat minder gevoel voor tempowisselingen en variatie. Korte nummers verscholen achter een bijzonder hoge gitaarmuur. Sterk inwisselbaar bovendien.
Niet echt van die aard om de aandacht lang vast te houden. Kortom; het kon maar matig boeien. De fotogenieke Queens speelden woensdag net geen half uur vol maar dat was – wat ons betreft althans – voldoende. Volgende keer beter!
* Setlist Betonfraktion:
De Slingerlul – Happy Sorrow – Für Die Motz – I’m Illegal – Synthetic Anti Riot Speech N°2 – Dynamite, Smoke Dynamite – Rattle Yor Brain – Total Fence
* Setlist Siamese Queens:
Nine Hours – Beast – Psyche – The End Is The New Pink – Obiwan Kenobi – A Sour Down – Nazi Nazi – Last One – Tito’s Breakup Party – Local Picture Framer – Mona Lisa Pt. 1 – Animal Youth
Meer informatie:
Betonfraktion: http://betonfraktion.bandcamp.com/
SiameseQueens: http://siamesequeens.bandcamp.com/
ZWEVEN VOOR GEVORDERDEN
Plankton Wat (US), zondag 22 september.
Muziekcentrum Kinky Star kleurde de zondagavond psychedelisch in met de komst van Dewey Mahood a.k.a. ‘Plankton Wat’. De gitaarvirtuoos uit Portland (US), tot eind vorig jaar actief in het geestesverruimende collectief ‘Eternal Tapestry’, kwam er zijn eerste solo album ‘Drifter’s Temple’ voorstellen.
De eersteling, eerder op het jaar uitgegeven door Thrill Jockey, bevat tien instrumentale nummers. Allemaal van sterk zwevende orde, resoluut mikkend op alle kleuren van de regenboog tegelijkertijd. Een beetje zoals de veelkleurige hoes van de plaat. De gitaar speelt een centrale rol maar het geheel biedt plaats aan details, nuance en heel wat wah wah. En zo te horen met veel geduld in elkaar gepuzzeld tot alles op zijn plaats zat.
“Help jezelf, zo wordt je geholpen” moet Mahood gedacht hebben tijdens de opnames. De multi-instrumentalist speelde zowat alles zelf in met behulp van gitaar, bas, lap steel, orgel, synthesizer enz. Hoeveel van die brede instrumentatie overeind ging blijven in een solo performance was ons een raadsel maar kijk, er is nog altijd zoiets als een concert om dergelijke prangende vragen van antwoord te dienen. Richting Vlasmarkt dan maar.
Mahood, in opperste beste stemming ondanks een stevig nachtje doorzakken in Antwerpen, vatte zijn concert aan met de breedst denkbare glimlach. Een gitaar en drie effectpedalen volstonden blijkbaar voor een uurtje geluidsarchitectuur. Alle andere toeters en bellen die op Drifter’s Temple mee het mooie weer maken, blonken uit in afwezigheid. Een moedige maar riskante keuze.
Het publiek kreeg vooral materiaal te horen van het debuut album maar dan in een behoorlijk kale, uitgebeende versie zonder meer. Die aanpak werkte maar half. Een nummer als ‘Toward the golden city’ verloor in ieder geval net iets teveel van zijn diepgang en glans in de rudimentaire uitvoering die zondag werd gebracht.
Boeien deed dat niet buitenmatig en de spankracht verdween bijgevolg al snel. Een vol uur spelen verder volgde een mager beleefdheidsapplaus(je). Geen bis, er werd ook niet echt naar gehengeld.
Mahood bewees zondag vooral dat hij een prima gitarist is maar daarvoor hadden we dit concert niet nodig. Een gemiste kans. Vergelijk het met een stevige portie frieten, gebakken volgens de regels van de kunst maar geserveerd zonder zout en mayonaise. ’t Had iets meer mogen zijn.
Meer informatie op de website van Thrill Jockey;
http://www.thrilljockey.com/thrill/Plankton-Wat/Drifters-Temple#.Uj_slobBpRQ
BLUES BLUES BLUES
Spokane 4774 (BEL), zondag 15 september.
Afgelopen weekend was Spokane 4774 te gast in Muziekcentrum Kinky Star. Dat betekende niets dan bekende gezichten op het podium. De band wordt immers bevolkt door brulboei Luc Dufourmont (vocals/gitaar), Hugo Bourgeois (gitaar), Dick Descamps (bas) en Ludo Huyghe op drums.
Die heerschappen verdienden eerder hun strepen bij de Ugly Papas, bij Ozark Henry, Two Russian Cowboys, Kevin Ayers zaliger, No Tomorrow Charlie, Party at Vanzetti’s enzovoort. De kans dat u in de voorbije jaren (decennia) geen van deze mannen ooit aan het werk zag op een podium heet bijgevolg klein.
Spokane 4774 staat al een dikke twee jaar voor iets dat het midden houdt tussen blues, roots rock, country en volslagen nonsens. Hard, basic maar steevast voorzien van een moddervette knipoog. De boog hoeft niet altijd gespannen te staan. En al zeker niet op een zompige zondagavond.
De komst van zoveel bekend volk lokte niet meteen veel volk richting Vlasmarkt voor het aangekondigde uurtje Americana op West-Vlaamse wijze. Dat vond ook Dufourmont die net voor de show schamper “veel volk” door de microfoon gromde. Gelukkig voor de gezette frontman en zijn gevolg kwam daar snel verandering in. Halfweg het concert bleek de zaak goed gevuld met uitgeregende laatkomers.
Spokane 4774 ploegde zich een weg door (een beetje) eigen werk en een buslading covers, vaak van de minder voorspelbare soort. Zoals ‘Cocaine Blues’ van Johnny Cash, ‘Rubber Room’ van Porter Wagoner en het beklemmende ‘See that my grave is kept clean’, geschreven door de legendarische Blind Lemon Jefferson toen de dieren nog konden praten. Erg lang geleden dus.
Dufourmont fungeerde naar gewoonte als zijn eigen stoorzender tussen de bedrijven door. Haperend materiaal, een meegetroonde zonnebloem, het verlies van Zulte-Waregem, de schrijnende afwezigheid van whisky op het podium… Alles werd druk becommentarieerd en door de mangel gehaald. Het contrast met bassist Dick Descamps, naast een oerdegelijk muzikant zowat de ingetogen ernst zelve, kon moeilijk groter zijn.
De band speelde vlotjes een uur en drie bisnummers bij elkaar. Onderhoudend en amusant over de gehele lijn.
Setlist:
Wash Wash – Death don’t… Mercy! – See that my grave is kept clean – Higher Walter III – Girl on death row – Lost my arm – Rubber room – Mother’s little helper – Micromice – Nadine – Immigrant song – Dazed & confused – This town ain’t – Red sun – Cocaine blues – Chez les Yeyes – Cruisin’.
HET EXPERIMENT
Primordial Undermind (US), woensdag 11 september
Primordial Undermind. 24 jaar (!) ervaring op de planken want al in het leven geroepen in 1989. Deze Amerikaanse band met Wenen/Oostenrijk als uitvalsbasis speelde een dik uur op hoog niveau. Deed denken aan Sonic Youth in de vroege jaren ’80. Drie heren en een dame achter de knoppen. Compromisloze avant-garde rock die een uur lang de nodige bijval kreeg op de Vlasmarkt. Goeie band, leuk concert.
SURFIN’ ON SUNDAY
El Ray (DK), zondag 1 september
Na een zomerslaap van een kleine maand heropende Kinky Star afgelopen weekend de muzikale debatten. De Truiense trots ‘Phlitman & Kang’ beet zaterdagavond de najaarspits af. Exact 24 uur later zette het Deense surfcollectief ‘El Ray’ de kleinste club aan de Vlasmarkt vakkundig op stelten.
Dat surfrock niet langer alleen onder de Zuid-Californische zon geproduceerd wordt weet u als muziekminnend Gentenaar en rechtgeaard 50 Foot Combo fan ongetwijfeld al langer dan vandaag. Het vierkoppige El Ray, met het kouwelijke Kopenhagen als uitvalsbasis, bevestigt dat ten voeten uit.
De band verblijdt de wereld sinds 2001 met catchy surfrock. Steevast opererend binnen de krijtlijnen van het genre maar nooit zwaar op de hand – humor, jawel – en met het nodige gevoel voor variatie, melodie en reverb. Twaalf jaar hard werken leverden tot dusver een handvol singles, een vijftal albums en vooral een stevige live reputatie op.
De Denen lokten behoorlijk wat volk richting Kinky Star. De band, één dame en drie heren sterk, had er duidelijk zin in. Frontman Jesper Grud, een baardige gek van de goedaardige soort, nam het publiek moeiteloos op sleeptouw voor een amusante avondwandeling door de El Ray – catalogus.
Hoogtepunten waren ‘Those damn kids’, opgedragen aan de thuis achtergebleven koters, het lichtelijk hysterische ‘Stuck in an elevator’, ‘Spacecar’ en ‘Cherry Cheeks’, veruit hun beste nummer.
Ook gehoord; een lichtvoetige versie van ‘California über Alles’, één van de klassiekers van The Dead Kennedy’s. Een gedurfde maar geslaagde keuze.
El Ray was zondagavond goed voor een dik uur pretentieloze rock van niveau. Voorman Grud, gitaarvirtuoos en volbloed entertainer, maakte het plaatje compleet met zijn prettig gestoorde bindteksten. Een prima start van het muzikale najaar.
FLASHBACK!
Maoupa Mazzocchetti (Fra) & Thieves Of Silence (Bel), zondag 23 juni
Twee namen op de Kinky Star affiche afgelopen zondag; de Franse elektrowizard Maoupa Mazzocchetti (F) en het jonge Brusselse collectief ‘Thieves Of Silence’ (BE). Twee maal een trip naar de duisterste muzikale spelonken van de jaren ’80.
Mazzocchetti deed het solo en opende voor een handvol toehoorders de avond. Hij bracht iets dat het midden hield tussen old school cold wave en duistere elektro. Veel bleeps en trage beats, af en toe voorzien van gemompelde vocals. Meer techniek dan bezieling, meer sfeer dan songs.
Alle nummers leken wel in hetzelfde spookkasteel geproduceerd en waren in sterke mate inwisselbaar. Te ééndimensioneel om de aandacht lang vast te houden in alle geval. Echt warm werden we er geen moment van. Maar misschien was dat net de bedoeling.
Support acts spelen in de regel een korte set van een half uur – of iets van die orde – maar de man uit Marseille wist zondag van geen ophouden. Al ’n geluk dat de jongens van de hoofdact na een goed uurmisbaar maakten of hij stond nog steeds aan e knoppen te draaien.
Nadat de laatste bliep was weggestorven nam Thieves Of Silence ultrasnel bezit van het podium. Terwijl Mazzocchetti zijn spullen nog aan het pakken was. ‘No time to waste’ om het met een slogan van drie decennia geleden te zeggen.
Anders dan de naam laat vermoeden speelde de band niet op oorverdovend niveau. Bezetting: keyboards-bas-gitaar & zang. Geen drummer gezien. Wel een Apple laptop met een rudimentair drumprogramma dat het hoekige eighties geluid van de groep nog kracht bijzette.
De jongens zijn 3 jaar actief en hebben de post punk – platencollectie van hun ouders aan meer dan één plundering en aandachtige beluistering onderworpen. De sound van het trio was volledig schatplichtig aan wat bands als Modern English, The Chameleons, Sad Lovers & Giants en vele anderen lieten horen toen zoiets als Oost-Duitsland nog bestond en de bom nog ieder moment kon vallen. Als die referenties u niets zeggen denk dan aan Customs in een iets minder gepolijste versie.
Halfweg het concert een opmerkelijke cover gehoord van ‘Ring Of Fire’, de Johnny Cash song bij uitstek. De vreemdste interpretatie die we ooit hoorden van deze classic. Cash in een new wave – verpakking, alles bestaat.
Na een dikke 40 minuten zat de band al door haar gehele repertoire heen. Dat zorgde even voor amusant gestuntel op de planken om er alsnog een bisnummer uit te persen. En die toegift klonk nog goed ook. Als er met dezelfde duf op zoek wordt gegaan naar een meer eigen geluid komt het nog allemaal goed met deze enthousiaste bende. Time will tell.
Meer informatie:
http://www.thievesofsilence.com
UTRECHTSE POWERPOP
Small Supernova (NL), zondag 16 mei.
Met de komst van het Nederlandse Small Supernova regeerde koning gitaar zondagavond als vanouds in Muziekcentrum Kinky Star.
Het Utrechtse viertal – drie jongens en één meisje, op basgitaar en op erg hoge hakken – is nog maar ’n dik half jaar actief. Ze speelden, zoals je dat van een bende jonge veulens mag verwachten, enthousiast, snel vooruit en bij momenten wat rommelig.
Met dank aan strak gespannen zenuwen en flink wat onwillige gitaarpedalen ging de start van het allereerste ‘buitenlandse optreden’ een beetje de mist in. Niet getreurd, na de half gemiste opener December pakten de zaken gaandeweg beter uit en kon er zoiets als een tussendoor-boodschap af.
Small Supernova deed een klein uur de gitaarpop van de nineties herleven. Denk aan Lemonheads, Bettie Serveert, Metal Molly met een streepje Pavement op de achtergrond en je komt zowat in de buurt. De groepsnaam is trouwens aan het gelijknamige nummer van Metal Molly ontleend. Pascal Deweze zal content zijn.
De band sloot zijn eerste avontuur aan de andere kant van de landsgrens af met het vrolijk knallende Shine On. Een springerig en aanstekelijk powerpopnummer dat binnenkort ook op single wordt uitgegeven. Het beste werd duidelijk voor het laatste bewaard.
Geen onvergetelijk concert, wel een prettig knetterende afsluiter van het weekend.
Setlist: December – Colours – City – Magic – Days – I Feel Fine – Spaceman – Need Somebody – Sunday – Shine On.
Meer informatie: https://www.facebook.com/SmallSupernova
Small Supernova hield het begin 2014 voor bekeken. Het afscheidsconcert vond plaats in hometown Utrecht. In Tivoli (waar anders?)
PRETTIGE VERRASSING
Subsonic Hornet (Bel), zondag 26 mei
De verrassingen zijn de wereld nog lang niet uit. Dat bleek zondag eens te meer. Lang getwijfeld om richting Kinky Star te gaan voor het concert van ‘Subsonic Hornet’. De Brusselse band kondigde zichzelf immers aan onder de noemer ‘minimalistische noise rock’, …met roots in No-Wave.
Niet echt motiverend want dat soort van wazige omschrijvingen houdt al te vaak een vrijbrief in voor ongeïnspireerd arty farty gedreun. Laat het verveeld geeuwen de vrije loop! Maar zie, niets daarvan zondagavond. Au contraire.
Subsonic Hornet startte een kleine vier jaar geleden als de solo – onderneming van Ronan Collot, gitarist bij het Brusselse post punk collectief ‘Perverted by Language’. Gaandeweg kreeg het project versterking tot de huidige 4-persoonsbezetting met Elise Boennec op bas, de indrukwekkende Cedric Guffens op drums en gitarist Nicolas Rambaud, ook actief bij ‘Garner’.
Net voor het afgelopen weekend gooide de band een eerste release de wijde wereld in; een naamloze 3 track demo die band na de show uitdeelde onder de aanwezigen. De afwezigen kunnen hun schade inhalen via: http://subsonichornet.bandcamp.com/album/sbhc-hrnt-demo.
Over afwezigen gesproken; de komst van de Brusselaars leidde niet meteen tot een volksverhuizing richting Vlasmarkt. Integendeel, slechts een handvol geïnteresseerden bij aanvang van de show. Nooit dankbaar om zo te moeten beginnen.
De band leek weinig onder de indruk van de omstandigheden en zette in met het instrumentele ‘The Joke’. De opener duurde, met dank aan een gebroken snaar, wat langer dan voorzien maar bood meteen een goed zicht op het grillige gitaarlandschap waar het viertal zich ophoudt en op de virtuositeit van Nicolas Rambaud op lead guitar.
De sound van de Brusselaars herinnerde soms wat aan Sonic Youth in ‘Daydream Nation’ – modus. Strak georganiseerde dissonantie met gevoel voor melodie. Veertien nummers hoorden we zondag waarvan ‘Corporate Smile’, de kakelverse demo, en ‘Wake Up’ de beste indruk maakten. Prettige drie minuten splinterbommen die een plaats verdienen in uw muzikaal wapenarsenaal. Toeval of niet; deze uptempo nummers maakten zondagavond het verschil. De band klonk het meest overtuigend als er een versnelling hoger werd geschakeld.
Met de Velvet Underground – klassieker ‘Waiting for my man’ werd afgesloten. In het licht van wat voorafging misschien een wat vreemde keuze. Maar dat kon de pret niet bederven. Subsonic Hornet voorzag de laatste uren van het weekend van een onverwacht aangenaam sluitstuk.
Setlist 26.05.013: The Joke – Blue Cold Steel – Arsouille – The Missed Date – Change My Mind – Brand New Queen – The Swell – Corporate Smile – Then – Buy A Friend – Six Pack – Blind Night – Wake Up – Waiting For My Man.
RUW EN RAUW
Eamon McGrath, dinsdag 21 mei
Muziekcentrum Kinky Star kreeg dinsdag de Canadese singer-songwriter Eamon Mc Grath over de vloer. Amper 24 regenachtige lentes op de teller maar nu al gewapend met een repertoire om een paar keer ‘u’ tegen te zeggen. 250 songs en vijf albums sinds het debuut in 2008. Dat heet productief. En tussendoor nog de tijd vinden om te toeren met de bands van Daniel Johnston en Julie Dorian. Never a dull moment als het van Eamon afhangt.
Om het album ‘Young Canadians’ (2012, Whitewale Records) te promoten hield de energieke muzikant uit Toronto halt op de Vlasmarkt. Eén voorbeluistering van het album – een markante evenwichtsoefening tussen weemoedige country en noisy punk rock in 12 bedrijven – volstond om uw man tot uithuizigheid te bewegen.
Veel lentezon hing er dinsdagavond niet in de lucht maar dat belette McGrath niet om zelfverzekerd uit te pakken met een oversized zonnebril op het podium. Ook gesignaleerd op de planken; een tekstboekje. Rekening houdend met ’s mans immense productie waarschijnlijk geen overbodige luxe zo bedachten we, maar het boekje bleef uiteindelijk de gehele show onaangeroerd. Alles OK met het geheugen dus.
Zoals aangekondigd zette McGrath vooral het album ‘Young Canadians’ in de kijker. Sterke nummers die behoorlijk mistroostige Canadiana uitademen, weinig poespas en direct naar de essentie. Zoals in het beklemmende ‘Great Lakes’; rake tekst en rauwe vocals begeleid door akoestische gitaar en mondharmonica.
Enkele nummers verloren door de omstandigheden wel iets van de nuance en de glans die ze op plaat hebben. Getalenteerd songsmid of niet; de combinatie moederziel-alleen-op-de-planken & akoestisch heeft ook zo zijn beperkingen. Zeker als je al enige tijd on the road bent en vermoeidheid onvermijdelijk de kop komt opsteken.
Ook op de setlist: een uitgeklede versie van ‘Born on a train’ van indiepop – helden ‘The Magnetic Fields’ naast ‘Enterprise’, een nieuw nummer. Een beetje tot zijn verbazing werd Mc Grath na ‘Young Canadians’, het titelnummer van de CD, voor ’n bis het podium op gesommeerd. “ My first encore on this tour” stamelde hij dankbaar.
Een aangename eerste kennismaking met een hyperactief talent. Om te onthouden.
Luister naar ‘Young Canadians’ via Soundcloud: http://soundcloud.com/whitewhalerecords/sets/eamon-mcgrath-young-canadians
TUSSEN FLUISTEREN EN ORKANEN
Morc Night – Boduf Songs & Jessica Bailiff, dinsdag 14 mei.
Het was op de koppen lopen in Muziekcentrum Kinky Star afgelopen dinsdag. Reden? Morc Night, het avondprogramma – 2 bands en 1 dj – van de Gentse independent Morc Records. Het kleinschalige label met zenuwcentrum ter hoogte van de Tolhuislaan, wordt al ruim 10 jaar in onvervalste DIY–stijl gerund door duvel-doet-al Wim Lecluyse. Bevlogen amateur van tegendraads-eigenzinnige muziek en dito artiesten die hij van een helpende hand voorziet. Waarvoor hulde.
Boduf Songs
Eerste naam op de affiche: Boduf songs. Het alter ego van de Brit Mat Sweet die – ondanks zijn familienaam – de zaken vooral van de donkere kant bekijkt. Het leven is niet altijd een lolletje. Sweet vertaalt dat al een achttal jaar in behoedzaam voortkabbelende doemfolk. Weinig franje, introvert maar intrigerend. En dieper gravend dan je bij een eerste beluistering durft te vermoeden.
Mat Sweet legde het publiek moeiteloos het zwijgen op met een gitaar die nauwelijks beroerd werd, een spaarzaam gebruikte repeater en vocals op fluisterniveau. Dat resulteerde in fragiele stukjes die om beurten leken te solliciteren naar een plaatsje in één van de komende uitzendingen van ‘Duyster’.
Maar de aanpak werkte. Verbluffend goed zelfs. Zelden was een volgelopen Kinky Star zo collectief muisstil. Zelfs op een veilige afstand van het podium waagde niemand zich aan luid in- en uitademen.
Het merendeel van de nummers werd gehaald uit de recentste Bodufrelease Internal Memo, een 6-track-EP die een klein jaar geleden door Morc werd uitgegeven. Na afloop oogstte Mat Sweet veel meer dan een beleefdheidsapplausje. Volkomen terecht.
Jessica Bailiff
Na Boduf Songs kon het volume niet anders dan de hoogte ingaan en dat deed het ook, zij het met mate. Bailiff, uit Ohio (US), is al een kleine twintig jaar actief met iets dat zich situeert tussen folk, dromerige postrock en shoegaze. Dat resulteerde tot dusver in zes albums waarvan eentje door Morc werd uitgegeven.
Anders dan Boduf Songs had Jessica Bailiff wel een band meegebracht. Op het podium bleek dezelfde Mat Sweet van een uur voordien achter het drumstel postgevat te hebben. Ook op het appel: een bassist die bij voorkeur met de rug naar het publiek speelt en local hero Annelies Monseré op backing vocals.
De eerste nummers ‘Your Ghost Is Not Enough’ en het bijzonder catchy ‘Take Me To the Sun’ riepen herinneringen op aan My Bloody Valentine tijdens de Loveless periode. Engelenzang en trage drums die de confrontatie aangaan met gitaren schipperend tussen orkaankracht en moeilijk hoorbaar gepingel. Liefhebbers van feedback, flanger en reverb kwamen in elk geval aan hun trekken.
Na die ferme binnenkomer(s) werd even een versnelling lager geschakeld met het folky If You Say It om vervolgens weer richting distortion en knarsende gitaren te gaan voor de rest van de show. Zonder een seconde te verzanden in richtingloze noise. Met een meerstemmig uitgevoerdSanguine werd na een 35-tal minuten al afgesloten. Jammer, dit had gerust wat langer mogen duren.
Setlist: Your Ghost Is Not Enough – Take Me To The Sun – If You Say It – Hour Of The Traces – Mary – Slowly – Lakeside Blues – Sanguine
Ook al duren mooie liedjes nooit lang genoeg, de Morc Night was zeer zeker een voltreffer en laat het beste verhopen voor een volgende editie.
Meer info: http://www.morctapes.com/
GELUIDSMUUR MET RELIËF
Mosquito B), zondag 5 mei.
Het Leuvense Mosquito stelde zondagavond in muziekcentrum Kinky Star haar eerste full CD voor aan het Gentse publiek. Exact twee jaar geleden deed het stonerrock duo de Vlasmarkt al eens aan. Sindsdien zat de band allerminst stil. In het najaar van 2011 werd met ‘The Age Of The Image’ een 5 track EP aan het repertoire toegevoegd en vorige maand werd het album “We ARe SOCIETY” op de stevig rockende mensheid losgelaten. De single “(the) Fall” haalde zelfs de playlist van Tom Robinson’s programma op de BBC.
Het album, 11 tracks in totaal, laat een band horen die in de voorbije periode duidelijk aan maturiteit en snedigheid gewonnen heeft. Wou Mosquito tot voor kort vooral bewijzen tot de beste leerlingen van de QOTSA – hogeschool te behoren, dan laat het eerste album een meer eigen en uitgesproken grimmig geluid horen. Een donkere, krachtige plaat waarin laag gestemde gitaren en akelig precieze drumpartijen de aandacht opeisen. En met enkele uitschieters die meer dan één beluistering verdienen.
Mosquito heeft aan één grommende gitaar en een drumstel ruim voldoende om een vol geluid te creëren en het podium te vullen, zoals zondag andermaal bleek. Het duo Kennes & Imbrechts wordt daarom wel eens vergeleken met de heren van Black Box Revelation. Ten onrechte. Als er al met andere Belgische bands vergeleken mag (moet) worden dan is Millionaire beter op zijn plaats als referentie.
Zondagavond trok Mosquito zonder complexen een forse geluidsmuur op met voldoende reliëf in om ruim drie kwartier te boeien. Geen bindteksten tussen de nummers door, wel geluidsfragmenten uit de nieuwe CD. Let the record do the talking. Goed gevonden. Hoogtepunten; het spetterende ‘Artificial Needs’, ‘(the) Fall’ en een stevige versie van ‘Digression to Abode’ waarmee het concert afgesloten werd.
Geen bisnummer(s) op het programma maar dat hoefde ook niet. De 45 minuten volstonden om een goed beeld te krijgen van ‘Mosquito 2.0’. Het was goed geweest.
Meer informatie; http://www.mosquitotheband
LENTETINTELING MET EEN SOMBER KANTJE
The Dead Color (B), zondag 28 april
Geen gierende gitaren in muziekcentrum Kinky Star tijdens de laatste uren van het weekend dat als twijfelachtig zonnig en kouwelijk herinnerd zal worden. Dat mistroostige weertype zat de baardige jongelui van de synthpopformatie ‘The Dead Color’ als gegoten. Een jonge band grossierend in kraakheldere synths en ijle zangpartijen die strak in het gareel worden gehouden door klinisch precieze beats. Lentetinteling met een somber kantje dat ter hoogte van de eighties werd opgevist.
The Dead Color is nog geen twee jaar actief maar maakte vorig jaar al deel uit van de eindselectie van de Gentse rockrally ‘De Beloften’ waarin beslag werd gelegd op een eervolle tweede plaats na ’PPP’. “Maar tweede” mopperen sommigen nog na. Als het de malcontenten een troost mag wezen; een wedstrijd waarvan de uitslag geen heftige post factum – discussie uitlokt, kent in de regel geen spannend verloop. Dat maar om te zeggen dat De Beloften – editie 2012 – een sterke bezetting kende.
The Dead Color doet het met zijn vieren. Op het podium: drie synths, een elektrische drumset en een zanger met flink wat stoppelbaard annex présence. In Kinky Star werd geopend met de instrumental ‘Bruce’, een mooi meerlagig klanktapijt.
Vanaf ‘Blackness’ liet frontman Erik Van Hoecke op stemvaste wijze van zich horen. Ook meer dan OK: ‘Planet Telex’. Of dat een knipoog was naar een inspiratiebron (de Waalse elektropopgroep Telex, nvdr) weten we niet, maar verbazen zou het niet.
Echo’s van de jaren ’80 waren duidelijk hoorbaar doorheen de gehele set maar goedkope imitatie kwam geen ogenblik in beeld. Hoogtepunt was ‘Driver’, een nummer met een onweerstaanbare groove dat vast en zeker een plaats verdient in de ether en op de debuut cd waaraan momenteel wordt gewerkt. Het album komt er dit najaar aan. Om naar uit te kijken.
Het concert, negen nummers en een bis, was to-the-point en kende niet één overbodig moment. Messcherp en swingend tegelijkertijd. Zo hebben we het graag. De band leverde zondag een verzorgd visitekaartje af dat we niet snel zoek zullen maken.
Setlist: Bruce – Blackness – Cyanide Places – Driver – Wasteland – Reds – Synthia Rhodes – Planet Telex – We Are Delayed.
Meer informatie:vi.be/thedeadcolor
VARKENSKOP!
Testadeporcu (IT), dinsdag 23 april
Wie geen liedje zingen kan moet er eentje fluiten’ zo luidt het. Als je fluiten vervangt door blaffen en grommen is dat aloude gezegde perfect van toepassing op ‘Testadeporcu’, de Italiaanse jazzcore band die dinsdagavond te gast was in muziekcentrum Kinky Star. Sympathieke jongens met gevoel voor humor en prima muzikanten bovendien. Easy listening stond echter niet op het programma.
‘Testadeporcu, vertaald: ‘Varkenskop’, heeft de universiteitsstad Bologna als thuisbasis en brengt al tien jaar een even brute als complexe mix van metal , hardcore punk en – jawel – jazz. En dat alles uitgevoerd aan 200 per uur. Knetterende ADHD rock met lak aan iedere conventie denkbaar.
Nummers halen zelden de twee minuten – grens. Het duo, Diego D’Agata (bas, samples & vocals) en Claudio Trotta (drums), had dinsdagavond dan ook vlotjes een dertigtal titels op de playlist gepend. En die werden probleemloos in amper 50 minuten bijeen gedramd met een subtiliteit die je mag verwachten van een groep die zichzelf ‘Varkenskop’ noemt.
Het enige nummer op de setlist dat enige vorm van melodie uitademde, en zichzelf over de twee minuten drempel heen tilde, heette – ironisch genoeg – ‘I hate music’. Humor! Zichtbaar tot hun eigen verbazing werd het duo na de show teruggefloten voor een bis. Het werden er twee. Mag ook wel als je eigen nummers gemiddeld 76 seconden in beslag nemen.
Na afloop verklaarde de zichtbaar afgepeigerde drummer Claudio dat spelen in Testadeporcu verdomd moeilijk is. En dat wilden we met de beste wil van de wereld niet tegenspreken.
MATH A LA BOLOGNAISE
Trees of Mint (IT) & Three second kiss (IT), zondag 17 maart
Zondagavond lijkt hoe langer hoe meer uit te groeien tot de ‘Italiaanse avond’ in muziekcentrum Kinky Star. Eerder op het jaar verblijdden de brulboeien ‘Viscera///’ en ‘Go!Zilla’ de Vlasmarkt met hun komst. Deze keer werd het weekend afgesloten met ‘Three Second Kiss’, een stevig om zich heen hakkend math rock trio uit Bologna.
Een band met heel wat ervaring zo bleek uit de bio. In de regel wordt het Kinky Star podium bevolkt door jongelui van divers pluimage die net hun eerste werk hebben losgelaten op de wereld. Niets daarvan bij ‘Three second kiss’.
De band startte in 1993 (!) en heeft intussen al zes albums op de teller. Drie daarvan werden opgenomen met grote namen achter de knoppen als Steve Albini en Ian Burgess. Ook op het c.v.: twee passages op het prestigieuze Britse ‘All Tommorow’s Parties’ – festival. Er zijn er die het met (veel) minder moeten doen.
Veel indruk maakten die adelbrieven afgelopen weekend kennelijk niet. Net voor de show tekenden slechts enkele uitgeregende geïnteresseerden present voor het Belgische luik van de tour. Een tour opgehangen aan de release van ‘Tastyville’, het zesde full album van de groep. Uitgegeven eind vorig jaar door het Franse label ‘Africantape Records’.
Zondagavond bleek er een onaangekondigde support meegereisd te zijn met de Italiaanse band. ‘Trees of Mint’, het muzikale alter ego van ene Francesco Serra, mocht de avond openen. Een kwartier lang weefde hij een fijnmazig-delicaat klanktapijt met behulp van elektrische gitaar en repeater (loop-machine). Sfeervolle geluidsarchitectuur door een eenzame maar getalenteerde doe-het-zelver.
Francesco speelde één nummer (‘Part III’) uit een instrumentaal vierluik dat hij in de loop van vorig jaar componeerde. Twijfelend tussen ambient en post rock maar erg overtuigend. Dit had gerust wat langer mogen duren. Een erg fijne verrassing.
De slappe publieke opkomst verhinderde niet dat de heren van ‘Three Second Kiss’ er van bij de start stevig in vlogen. De band opende met ‘The Sky Is Mine’, een van de betere nummers van het nieuwe album. Daarmee was de teneur meteen gezet; hoekig maar trefzeker. Balancerend tussen subtiel en (kei)hard.
‘Three Second Kiss’ speelt complexe art rock, ver weg van de platgetreden paden en met een sterk ontwikkelde voorkeur voor onorthodoxe songstructuren en vreemde tempowisselingen. Zoals in “A catastrophe outside”, een zalig uptempo nummer dat de luisteraar constant op het verkeerde been zet. Arty zeer zeker, maar nooit farty.
Na een dik half uur spelen sloot de band af met ‘Caterpillar Tracks Haircut’, het enige nummer op de playlist waar keys aan te pas kwamen. Klasse hoe een band met twee decennia ervaring zich toch vol overgave smeet voor een handvol toehoorders. Grazie!
Het TSK – album ‘Tastyville’ is online te beluisteren via bandcamp: http://africantapegroup.bandcamp.com/album/tastyville
De geluidsarchitectuur van ‘Trees of Mint’ via soundcloud: https://soundcloud.com/#trees-of-mint
JONATHAN CALLENS TRIO – ALTERTAPE
Zondag 10 maart
Zachtjes voortkabbelende poppy jazz op zondagavond. Zo zacht dat er geen artikel van kwam… De drummer (Jonathan), eveneens de drijvende kracht van het gezelschap gaf bij de start van het concert het talrijk opgekomen publiek mee dat de band zichzelf had omgedoopt tot ‘Altertape’.
“Veel goeie ideeën maar nog te weinig uitgewerkt” vertrouwde jazzpianist Kristof me toe net na het optreden. En wie ben ik om daaraan te twijfelen….
CRIMINEEL GOED
Chris Brokaw (US), woensdag 6 maart
Chris Brokaw beëindigde woensdag zijn Europese tour in muziekcentrum Kinky Star. De voorbije weken draafde de onvermoeibare cultheld op als support voor Dinosaur Jr. en Mono. Op de Vlasmarkt had hij het podium voor zich alleen. Net als anderhalf jaar geleden.Toen speelde Brokawin zijn dooie eentje een indrukwekkend sterke set die uw-man-ter-plaatse inspireerde tot de hoofding ‘tijdloze klasse’.
Woensdag stond ‘Gambler’s Ecstasy’ centraal, ’s mans meest recente CD. Een behoorlijk ruwe lo-fi rockplaat en een bundeling van 10 nummers die hij in de laatste 4 jaar bijeen schreef. Hier en daar, tussen vele andere bedrijven door.
Bulken van coherentie doet de plaat bijgevolg niet. Ondanks dat dient het geheel zich verrassend sterk aan. Het is geen haastig bij elkaar geharkt zootje aan overschotjes. Het album, het zoveelste in Brokaw’s steeds verder uitdijende oeuvre, werd eind vorig jaar door ‘Damnably’ uitgegeven.
In aanloop naar het concert verloor Brokaw zijn natuurlijke cool geen halve seconde. Publiek of geen publiek; eens op het podium stalde hij rustig alle tour merchandise uit vooraleer ter zake te komen. Dertig jaar on stage heeft hem kennelijk immuun gemaakt voor plankenkoorts. Brokaw steekt al zijn stress en ergernis in zijn songs. “Shall we?”
Met ‘Criminals’, geïnspireerd door de gelijknamige roman van de Schotse schrijfster Margot Livesey, werd woensdag geopend. Een weemoedig-melancholisch nummer. Voorzien van een onweerstaanbare melodie gezeten op een hoge gitaarmuur. Breekbaar en ingetogen, kwaad en luid tegelijkertijd.
De toon was meteen gezet want Brokaw hield die tweeslachtige mood het gehele concert aan, constant schipperend tussen hard en zacht. Zoals in ‘Richard & Vanessa in the box’. Een instrumental die zacht kabbelend inzet maar al gauw de allures krijgt van een niets ontziende gitaartsunami.
Woensdag kwam ook ouder werk aan bod met o.m. “Stagger Lee”, ‘Halfpipe/Gangway’ en een ons onbekend bisnummer waarmee Brokaw zichzelf bijna in de problemen bracht wegens te lang geleden voor het laatst gespeeld.Wie 3 decennia lang gemiddeld één plaat per jaar uitbrengt wil wel eens verloren lopen in eigen werk.
Het uurtje Brokaw was voorbij zonder dat we er erg in hadden. Alweer een prima concert van een muzikant die steeds opnieuw weet te boeien.
Ontdek Gambler’s Ecstasy via Last FM: http://www.last.fm/music/Chris+Brokaw/Gambler_s+Ecstasy
Doen!
Playlist: Criminals – Road – Stagger Lee – Halfpipe/Gangway – Richard and Vanessa In The Box – Crooked – Anacordia – Recidivist – Sanguinary – Into The Woods – Hills & een oud/onbekend nummer.
SLECHT VOLK!
Bad Guys (UK), zondag 24 februari
Koning winter deed er afgelopen weekend alles aan om de zondagavond-ontmoeting met ‘aanstormend muzikaal talent’ op de Vlasmarkt onmogelijk te maken. Gewapend met een flink paar winterbottienen veegde uw man echter zijn voeten aan de neerdwarrelende sneeuw. Om de winterblues te verjagen in Kinky Star.
Op de affiche: ‘Bad Guys’ (UK). Een viertal uit Leeds dat, de eigen knullige naam ten spijt, stevig uit de hoek komt met iets dat twijfelt tussen stoner rock, slome metal en old school hard rock. Zware kost dus. Even luisteren naar wat de band zoal online aanbiedt deed denken aan het oudere werk van ‘The Melvins’, grunge pioniers uit Seattle. Met hetzelfde gevoel voor absurde humor en dito lyrics.
Het barre winterweer stond een grote opkomst in de weg. Amper een 20-tal belangstellenden voor het laatste luik van de Europese tour van ‘Bad Guys’. Erg leek de band het niet te vinden. Het betere ‘on s’en fou’ of uitgeput na enkele slopende weken op de baan? Waarschijnlijk allebei. De heren hadden immers net de afstand Budapest – Gent met een gammel busje overbrugd. Met een noodstop ergens in Beieren wegens net iets teveel sneeuw op de weg daar. Rock ‘n’ roll!
Tijdens de voorbije Europese tour werd het eerste, titelloze, album van de band gepromoot. Negen nummers gestoken in een hoes die zo lelijk is dat ze op de lachspieren werkt. Uitgegeven door Riot Season Records (UK).
Van het concert onthouden we vooral het waanzinnige ‘Witness a New Low’. Een vreemd nummer vol tempowisselingen dat je constant op het verkeerde been zet en waarin net zo goed heavy metal als country rock weerklinkt. De glinsterende double neck gitaar waarmee één van de bandleden zich liet opmerken zullen we ook niet snel vergeten. Jaren geleden dat we dat nog eens op een podium zagen.
Na een kleine drie kwartier spelen wou de band het voor bekeken houden maar dat werd onmogelijk gemaakt door een enthousiasteling die mordicus een bisnummer wou horen. Hij kreeg – na kort maar hevig aandringen – met ‘Alcowhore’ zijn zin. En toen was het echt afgelopen.
Een vreemd/bevreemdend concert van een eigenzinnige en intrigerende band die weinig gehinderd door genres en hokjesdenken haar eigen – luidruchtige – ding doet.
Oordeel zelf via de Bandcamp – webstek (http://riotseasonrecords.bandcamp.com/album/bad-guys-2) waar het ‘Bad Guys’ – debuut integraal te beluisteren valt.
BIKKELHARD VERSUS ONZACHT
Eleanora (BEL) & Maudlin (BEL), zondag 17 februari
Muziekcentrum Kinky Star sloot het Krokusverlof af met een stevige affiche. Wie aan het eind van het weekend nog aan een wake up call toe was, werd op zijn/haar wenken bediend. Met ‘Eleanora’ en ‘Maudlin’ stonden er twee namen van het Belgische label ‘Consouling Sounds’ op de planken. Twee bands die resoluut gaan voor plankgas & luid. Gewapend met een nieuw paar oordoppen woonde uw gewaarschuwde man de oefening hard versus onzacht bij.
‘Eleanora’ opende zondagavond in een tot de nok gevulde club. De Gentse band brengt sinds 2006 iets dat zich situeert tussen sludge metal en hardcore punk. Wat er ook van zij, bij ‘Eleanora’ gaat het om onversneden woede op muziek. Al blijft alles piekfijn onder controle; afgemeten, gortdroog en recht op doel af aan minstens 100 per uur. Vrolijk word je er niet meteen van. Maar dat is dan ook geen seconde de bedoeling. En eerlijk is eerlijk; dit was gewoon goed gedaan.
De band stond scherp en speelde een strakke set met weinig of geen plaats voor schoonheidsfoutjes. Zelfs het collectieve headbangen, geen evidentie met vijf op een klein podium, verliep gedisciplineerd. Frontman Mathieu Joyeux manifesteerde zich als de Belgische versie van Henry Rollins. De energie, de podium act, de vocals…, ja zelfs de tattoos; alles deed even terugdenken aan de gloriedagen van de Rollins band.
Drie kwartier Eleanora en een chaotisch verlopen podiumwissel later, mocht Maudlin zich aan het Gentse publiek bewijzen. De band die zich naar eigen zeggen ergens ophoudt tussen Neurosis, Type O Negative, Mastodon en Pink Floyd in, was eerder al te gast in Kinky Star. Tijdens een broeierige Gentse Feestenavond twee jaar geleden, deelde de band het KS podium met het onvolprezen Cloon. Vorige week bracht de Brugse band, al ruim 8 jaar actief, met ‘A sign Of Time’ haar derde album uit.
Bedoeling was om de nieuwe release voor te stellen maar over het optreden kunnen we eigenlijk kort zijn; dat ging grotendeels de mist in door de vele technische problemen die opdoken na de snel doorgevoerde podiumwissel. Er haperde van alles en nog wat tot een eind in de set. Het siert de jongens van Maudlin en het publiek dat ze zich daar geen seconde druk in maakten.
Van dit korte concert, na goed een half uur werd de stekker er immers al uitgetrokken, werden we eigenlijk weinig wijzer. Het nieuwe materiaal klonk – zo te horen – wel een stuk gevarieerder, toegankelijker en minder zwaar op de hand dan het vroegere werk. Dit verdient alleszins een replay later op het jaar, in gunstiger omstandigheden. En met hetzelfde geduldige publiek!
Meer informatie:
ELEANORA > http://eleanoramusic.bandcamp.com/album/ep
MAUDLIN > https://www.facebook.com/MAUDLINrocks
PIZZADELLICA!
Go!Zilla (IT), zondag 3 februari
Na het onstuimige ‘Viscera///’ exact een week voordien, stond er afgelopen zondag met ‘Go!Zilla’ eens te meer een luidruchtige Italiaanse band op de planken in muziekcentrum Kinky Star.
‘Go!Zilla’ is een duo met een voorliefde voor sixties garagerock en psychedelica van de meest rauwe soort. Gooi gitaargeweld, fuzzpedalen, feedback, ijle vocals en MC5 – echo’s op één hoop en je komt dicht in de buurt. Toegegeven: echt origineel klinkt dat anno 2013 allemaal niet maar op de ene of andere manier werkt de formule wel. En het warme water hoeft niet noodzakelijk iedere dag opnieuw uitgevonden te worden.
Go!Zilla, niet te verwarren met de gelijknamige downloadsoftware of Godzilla himself, heeft Firenze als thuisbasis en is nauwelijks een jaar bezig. Gestart in januari 2012 debuteerde de band na de zomer met een titelloze 6-track EP, uitgegeven door Santa Valvola Records. Zes maal pretentieloze rammelrock met gevoel voor catchy hooks en riffs.
De indruk die het Go!Zilla – duo zondag op het podium gaf was er één van dodelijke vermoeidheid. De eerste Europese tour, een wilde zaterdagnacht ter hoogte van Amsterdam incluis, had duidelijk zijn sporen nagelaten. Dat het concert daardoor wat moeizaam op gang kwam heette weinig verwonderlijk. Zanger-gitarist-frontman Luca Lindi zweette zich vanaf het eerste nummer zowat een ongeluk en dat zonder veel in het rond te springen. Rock ‘n’ roll!
Vermoeid of niet; het Italiaanse duo werkte zich zonder complexen of omkijken door het eigen werk. Op de setlist: nieuw materiaal en alle nummers van de debuut EP. Met ‘No man’s land’, eveneens de eerste track op de EP, werd geopend. Verdienen verder vermelding; het nieuwe ‘You got the eye’ en het bijzonder aanstekelijke ‘I’m bleeding’. Een nummer met een hoog ‘Mudhoney’ – gehalte en zowat het beste dat het duo tot dusver produceerde.
Er werd afgesloten met ‘Go!Zilla Surf’. Zoals de titel laat vermoeden een onvervalst surf rock nummer dat net niet verzoop in de zelf gecreëerde chaos. Zoals het een startende band betaamt, was het eigen songmateriaal na een kleine 40 minuten al helemaal opgesoupeerd.
Bisnummers bleven uit. Geen erg; het visitekaartje was goed en wel afgeleverd. Een prettig optreden door twee prettig gestoorde maar weinig uitgeslapen jongeheren die hun klassiekers kennen.
Setlist: No Man’s Land – Y.M.O.T. – Get Me Out Of Here – Grabbing – Journey to a dream – Tomorrow – See Me Hear Me – Crimson – You Got The Eye – Roswell – I’m Bleeding – Go!Zilla Surf.
Beluister het Go!Zilla debuut op: http://gozilla.bandcamp.com/
HET BETERE BEUKWERK
Viscera/// (IT), zondag 27 januari
Het wegsmelten van de winter werd afgelopen weekend in muziekcentrum ‘Kinky Star’ van een stevige muzikale omlijsting voorzien door de band ‘Viscera///’. Stevig wil zeggen: erg stevig. De Vlasmarkt daverde een uurtje op haar grondvesten.
‘Viscera///’, die 3 strepen horen er dus echt wel bij, uit Cremona, Noord-Italië, gaat al ruim 10 jaar haar eigen luidruchtige weg. In 2000 begonnen onder de naam ‘Chaosphere’ als grindcore gezelschap (denk Napalm Death, Carcass en andere die de goegemeente de kast opjagen) doet de groep de laatste jaren iets met: “psych moods, post HC, 70’s space rock, drone and ambient”. Als je de bio mag geloven ten minste.
Dat wilden we best wel, maar zondagavond was er van al die invloeden en subtiliteiten weinig te merken. Beenhard en snel vooruit was de boodschap. Het Italiaanse trio serveerde zware noiserock op speed; ruw, onverbiddelijk en weinig toegankelijk. Dat laatste werd door de band nog versterkt door contact met het publiek te schuwen. Voor zover die referentie bij u (nog) een belletje doet rinkelen; het deed bij momenten wat aan het Britse hardcore collectief ‘Fudge Tunnel’ denken.
Zowat alles op de playlist was sterk inwisselbaar. Veel variatie op het thema hoorden we niet. De rest van de concertgangers blijkbaar ook niet. Toen frontman Mike B. na een uur stormramrock er een punt achter zette, volgde een mager beleefdheidsapplausje. Er kwam geen bisnummer. Iedereen vond het kennelijk welletjes. Ook uw dienaar.
Setlist 27/01: Intro – Few Years To Live – Um Ad Dunia – They Feel Like CO2 – Keep on Bluesin’ through the stars.
Meer info: http://www.facebook.com/viscera3stripes
Herbeluister het concert:
WELCOME TO THE EIGHTIES!
Organic (BEL), zondag 6 januari
Zondagavond stond het duo Joris Oster and Raphaël Haubourdin ofwel ‘Organic’ op de planken in Muziekcentrum Kinky Star. Een regelrechte voltreffer. Wie er niet bij was had naar fijne gewoonte hopeloos ongelijk.
Gestart in 2011, debuteerde de Brusselse band vorig jaar met de full cd ‘Under Your Carbon Constellation’. Uitgegeven door het Zweedse underground label ‘Complete Control Productions’ (CCP). Een even stijlvolle als gitzwarte schijf die de luisteraar twaalf keer onderdompelt in een jaren ’80 – klankbad. Bij beluistering van de CD maakte vooral de single ‘Katharina Distortion’ danig veel indruk dat we dit optreden om de dooie dood niet wilden missen. En aldus geschiedde.
Het concert in een goed volgelopen Kinky Star nam een valse start doordat de keys ineens halsstarrig dienst weigerden. Daar sta je dan. Het bleek – gelukkig maar – de enige valse noot van de avond. De heren van Organic hadden de zaak verder goed onder controle en speelden een hechte set met nauwelijks zwakke momenten. Live laat het duo Oster – Habourdin zich bijstaan door een drummer (Olivier Justin) en een videojockey. Een prima keuze want de performance won zo aan kracht.
Opener van dienst zondag was de instrumental ‘Seeds’, ook de eerste track op de CD. De klankkleur, zowel live als op cd, is onmiskenbaar eighties. De stevige post rock accenten en behoorlijk wat elektro doen het geheel eigentijds inkleuren. Een interessante formule die live alvast stevig overeind blijft staan. ‘Early New Order meets Mogwai meets Editors’ zo bedacht uw man ter plaatse. Geen plaats echter voor blind epigonisme; Organic doet veel meer dan het vlekkeloos naspelen van de post punk helden van 3 decennia geleden.
Toen de band na een klein uur door alle beschikbaar materiaal heen zat, werd bij wijze van bis het bezwerende ‘Katharina Distortion’ hernomen. Een goede keuze want het is een onweerstaanbaar nummer dat zich keihard tussen je oren nestelt na enkele beluisteringen. Waarom ook voor gemakkelijkheidsoplossingen kiezen (covers) als het eigen materiaal sterk genoeg is?
Conclusie; een uitstekend concert van een boeiende nieuwe band met guts. Zelden maakten neofieten zoveel indruk op het Kinky Star podium. Streetwise bleek deze positieve indruk alvast gedeeld te worden. Niets dan goedkeurend gebrom onder de concertgangers die net na de show de buitenlucht opzochten. Dit houden we van nabij in de gaten.
Beluister het debuut van Organic via Soundcloud: https://soundcloud.com/#organic-music-1/sets/cd-review-under-your-carbon
(c) 2013 – Wouter De Sutter, Gent.